26 beschikbaar stelde, benoemd werd de heer H. Gerschtano- w i t z, lid der firma A. Tuschinski te Rotterdam. De samenstelling der Commissie was dan ook na de jaar vergadering aldus: D. Hamburger (Amsterdam)voorzitter, A. L. H o o g e n- straaten (Utrecht)W. J o 1 s (Hilversum) en L. S c h e t- zer (Haarlem), leden-exploitanten, P. R. van Duinen (Am sterdam) H. Gerschtanowitz (Rotterdam) en E. V i s- koper Szn. fs-Gravenhage)leden-filmverhuurders; A. d e Hoop (Bondsadministrateur), secretaris. Door de Commissie van Geschillen" v/erden 23 zittingen ge houden in 1925 tegen 33 in 1924. Behandeld werden 101 geschillen (in 1924 waren er 145 ge schillen). Van deze 101 geschillen waren aanhangig gemaakt: 55 door filmverhuurders tegen exploitanten; 29 door exploitanten tegen filmverhuurders; 14 door filmverhuurders te^en collega's; 3 door exploitanten tegen collega's. Twee geschillen vielen buiten de competentie van de Commis sie, omdat deze niet waren ontstaan tusschen de leden onderling, terwijl eene vordering niet ontvankelijk kon worden verklaard, omdat er daarbij van een geschil geen sprake was. In 18 gevallen kwam er eene minnelijke schikking tusschen partijen tot stand. De filmverhuurders werden in 42 gevallen en de exploitanten in 23 gevallen in het gelijk gesteld, terwijl het ook eenige malen voorkwam, dat de beide partijen, bij een geschil betrokken, gedeeltelijk in het ongelijk werden gesteld. Tweemaal deed de Commissie van Geschillen" haar vonnissen vergezeld gaan van eene waarschuwing, terzake van bedrijfs- schadelijke reclame en het onrechtmatig veranderen van» titels, Slechts tegen één exploitant en tegen één filmverhuurder moest worden opgetreden wegens het niet-nakomen van de uitspraken. Ten opzichte van den nalatigen filmverhuurder werd op 17 Maart 1925 de bovcot uitgevaardigd- die na dien niet meer werd opgeheven, terwijl ook de nalatige exploitant geboycot werd. De beide uitgeslotenen bleken aan het eind van het verslagjaar niet meer in het bedrijf werkzaam te zijn. De „Raad van Beroep". Door het Hoofdbestuur werd voor het jaar 1925 een nieuwe Raad van Beroep samengesteld, in verband met het aftreden van alle tot 25 Maart 1925 in functie zijnde leden, de heeren I. Cohen

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1925 | | pagina 28