25 Ook werd op 28 Februari het gewijzigd Huishoudelijk Reglement der Afdeeling Amsterdam door het Hoofdbestuur goedgekeurd. Eene poging tot oprichting van eene landelijke exploitanten-afdee- ling, waarvoor zich eene commissie van vooraanstaande bioscoop directeuren had ingespannen, stuitte af op practische moeilijkheden, welke hoofdzakelijk opgeworpen werden door leden der bestaande plaatselijke afdeelingen en welke verder ontstonden, doordat men het niet eens kon worden over de vraag of de exploitanten, die als filmverhuurders reeds in de Bedrij f saf deeling van laatstgenoemde groep vereenigd waren, wel dan niet tot de Bedrij f saf deeling exploitanten zouden kunnen toetreden. Toen bleek, dat de moeilijkheden onoverkomelijk waren, werden geen verdere pogingen gedaan en werd de Commissie, die het initiatief had genomen, ontbonden. Studiecommissies» De in het jaarverslag van 1926 genoemde studiecommissies, welke in dat jaar zijn ingesteld, en wel de commissie ter bestudeering van het vraagstuk der .reizende bioscopen", die betreffende het vraag stuk der gelijkstelling van filmoperateurs met journalisten en pers fotografen en die inzake de vrachttarieven, hebben in 1927 hunne rapporten nog niet bij het Hoofdbestuur ingeleverd, hoewel bekend is, dat deze commissies wel eenige malen in vergaderingen bij eenkwamen. In het presidium van de commissie inzake de .reizende bioscopen" kwam wijziging tengevolge van de ontslagname door den heer C h. van B i e n e, in wiens plaats door het Hoofdbestuur werd aange wezen de heer E d. C o h e n B a r n s t ij n. De drie uit 1926 dateerende studiecommissies zijn nog in den loop van 1927 met een aantal toegenomen. In de eerste plaats is op 21 Maart door het Hoofdbestuur inge steld eene commissie, die de opdracht heeft gekregen: lo. te willen nagaan in hoeverre eene regeling mogelijk is, waar door aan het euvel der filmbeschadiging zooveel mogelijk een eind kan worden gemaakt; 2o. het Hoofdbestuur omtrent het resultaat harer studie met be kwamen spoed te rapporteeren; en 3o. bij het Hoofdbestuur uitgewerkte voorstellen in te dienen tot radicale oplossing van het vraagstuk der filmbeschadiging. In deze studiecommissie zijn door het Hoofdbestuur benoemd tot voorzitter, tevens lid, der Commissie, de heer E. de Hoop Azn., en verder tot leden de heeren Ed. CohenBarnstijn, LoetC. Barn stijn, M. Desmet, A. L. H o o g en s traaten, B. D.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1927 | | pagina 26