30 door sommige leden Tang gekoesterden wensch, de laagste contri butie-klasse op 25.werd vastgesteld. Ten opzichte van 18 met name genoemde leden, die hunne ver plichtingen tegenover den Bond niet waren nagekomen, besloot de jaarvergadering met ingang van 2 Mei een verbod aan de leden uit te vaardigen, om met bedoelde leden zaken te doen. Daar vóór den vastgestelden termijn 15 dezer leden in eene nadere regeling met het Hoofdbestuur waren getreden tot het nakomen hunner ver plichtingen, behoefde het leveringsverbod ten hunnen opzichte niet te worden uitgevaardigd. Als het belangrijkste feit van de jaarvergadering in 1927 mag zeker wel gememoreerd worden de verkiezing van den heer D. Hamburger Jr., te Utrecht, tot voorzitter. 't Was voor den afgetreden voorzitter, den heer A. P. d u M e e, die vrijwillig plaats had gemaakt, om den heer Hamburger weer terug te brengen op den zetel, dien deze voor een jaar vrijwillig had verlaten, een gelukkig moment den presidentshamer weer te mogen overhandigen aan den energieken leider, die van dat oogen- blik af tot aan het eind van het boekjaar rusteloos heeft voort- gearbeid aan het belangrijke organisatorische werk, dat in 1927 moeilijker en zwaarder dan ooit te voren is geweest. Den afgetreden voorzitter, den heer Du Mee, werd van ver schillende zijden lof toegezwaaid voor de wijze, waarop hij zich tijdens de ,,non-activiteit" van zijn voorganger en opvolger, van zijn taak had gekweten. Bij de verkiezingen van bestuursleden werd nog in de jaarverga dering de heer Ch. vanBienete Amsterdam tot vice-voorzitter herkozen, terwijl tot bestuurslid herkozen werd de heer S, Zon dervan te Leeuwarden, en in de plaats van het afgetreden be stuurslid, den heer E. A 11 e r te 's-Gravenhage die ontsiag had genomen gekozen werd de heer A. P. d u M e e te Amsterdam. Tot lid der „Commissie van Geschillen" werd herbenoemd de heer A. L. Hoogenstraaten te Utrecht, terwijl in de plaats van den heer E. Viskoper te 's-Gravenhage, die ontslag had genomen, tot lid der „Commissie van Geschillen" benoemd werd de heer J. S. C r o e z e te Amsterdam. Ten slotte werden de periodiek afgetreden filmbeurscommissa rissen, de heeren André de Jong, R. Minden en P. van T w i s k herbenoemd en de „Commissie van Verificatie" samenge steld uit de heeren L. S c h e t s e r, J. Veerman en E. Vis koper Szn. Bij de woorden van dank, welke de voorzitter der jaarvergade ring gericht heeft tot de heeren E. A 11 e r en E. V i s k o per, die

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1927 | | pagina 31