keiijk verlicht is en aan den anderen kant zoo weinig mogelijk moeilijkheden voor de belanghebbenden veroorzaakt zijn. De verschillende conferenties, die na beëindiging van het bioscoopconflict tusschen het Hoofdbestuur en vertegenwoordi gers van de R.K. Filmcentrale hebben plaats gehad, zijn onge twijfeld voor beide partijen vruchtdragend geweest. Met groote liefde voor hun werk en getrouw aan de belofte, door Pater Hyacinth Hermans tegenover den heer Mi nister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw in de conferentie van 23 October afgelegd, om in goede verstandhouding met het film- en bioscoopbedrijf te leven, hebben Z. Eerwaarde en zijn trouwe medewerkers zich beijverd om ten spoedigste zooveel film- werken de revue te laten passeeren, dat de exploitanten in het Zuiden, die zich onder het vrijwillig toezicht der R.K. Filmcen trale gesteld hebben, ten behoeve van een goede exploitatie hun ner bedrijven over voldoend filmmateriaal hebben kunnen be schikken. Drie honderd goedgekeurde films voor het Zuiden, Op het einde van het jaar, dus na slechts twee maanden ge functioneerd te hebben, waren reeds 300 films, toelaatbaar voor personen boven 18 jaar, door de R.K. Filmcentrale goedgekeurd. (Het aantal niet-toelaatbaar verklaarde films bedroeg toen 20). Onder de goedgekeurde films waren er verscheidene, welke inder tijd door de keuringscommissie van de Zuidelijke Vereeniging af gekeurd waren. Neemt men alleen dit aantal van 300 films in aanmerking, dat in zoo'n korte spanne tijds voor de exploitanten in het Zuiden toegelaten zijn en bedenkt men daarbij, dat de Zuidelijke Vereeni ging in tien maanden het niet verder heeft weten te brengen dan ca. 70 goedgekeurde films, dan ligt de conclusie voor de hand, dat, ongeacht de overige voordeelen, welke de Bond door de ac tie in het Zuiden heeft weten te bereiken, met de volkomen uit schakeling van de Zuidelijke Keuringsvereeniging alleen reeds het geldelijk verlies is ingehaald, dat door de sluiting van de bioscoop theaters in het Zuiden geleden is. Laat ons hopen, dat het vertrouwen, dat de Bond ook verder in de goede functioneering van de R.K. Filmcentrale stelt, nimmer beschaamd moge worden. 46

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1929 | | pagina 46