Een groot deel der besprekingen in de Hoofdbestuursvergade
ringen, zoowel als in de vergaderingen met de afdeelingsbesturen
was aan het Zuidelijk bioscoop-conflict gewijd.
Het Hoofdbestuur benoemde tot lid van den Raad van Beroep
in de plaats van den Heer J. Godefroa, die uit het filmver-
huurbedrijf getreden was, den Heer P. R. van Duinen te
Amsterdam. De periodiek-aftredende leden van den ,,Raad van
Beroep", de Heeren I. Cohen Barnstijn te Utrecht en R.
Minden te Amsterdam, werden herkozen.
Het Hoofdbestuur vergaderde met de besturen van H.O.R.E.
C.A.F, en den Ned. Bond van Koffiehuishouders inzake de heffing
van muziekauteursrechten.
Voorts stelde het Hoofdbestuur desgevraagd een advies samen
voor het Gemeentebestuur van Franeker betreffende veiligheids
voorschriften, welke aan het verleenen van een bioscoopvergunning
gesteld dienen te worden.
Besloten werd in beginsel een propaganda-plaat te doen ont
werpen ter propageering van het bioscoopbezoek.
Een besluit werd genomen om het uitbrengen van een met de
waardigheid van het bedrijf strijdige film, voorstellende de moord
zaak van Giessen-Nieuwkerk, tegen te gaan.
Ten slotte moest het Hoofdbestuur gebruik maken van zijn in
artikel 19 der Statuten verleende bevoegdheid tegen leden, die
zich tegenover het bedrijf of den Bond misdragen hadden.
Een lid-filmverhuurder, die een film had aangekocht, waarvan
hij den hoofdtitel veranderde om dien te kunnen aanpassen aan
een keuringskaart, behoorende bij een andere film, welke kaart hij
op listige wijze wist te bemachtigen, teneinde aldus hande
lende de aangekochte film ongekeurd te doen vertoonen, werd
een boete van 5.000.opgelegd.
Toen het beboete lid weigerde te betalen, vaardigde het Hoofd
bestuur te zijnen opzichte den boycot uit.
Op de zes leden, die de actie in het Zuiden wilden ondermijnen,
werd eveneens artikel 19 sub b toegepast.
Na bekrachtiging door de ledenvergadering werden de boete
bedragen vastgesteld op resp. ƒ5.000.ƒ5.000.ƒ4.000.—,
625.—, 500.— en 500.—.
Ten aanzien van het lid, dat met een bedrag van ƒ4.000.
beboet was, besloot het Hoofdbestuur na afloop van de actie het
boetebedrag te halveeren.
De twee leden, die beboet werden ieder met een bedrag van
5.000.- bleven aanvankelijk in gebreke die bedragen te betalen.
Zij verklaarden zich eerst hiertoe bereid nadat ingevolge het
70
