besluiten, die dit jaar door onze Afdeeling genomen werden, hoe wel herhaaldelijk schriftelijk en mondeling op afdoening werd aan gedrongen, nog steeds onaf gewerkt bij het Hoofdbestuur ter tafel liggen. Zoo werd ons reeds in Juli, na het aannemen van eenige ingrij pende wijzigingen in het Huishoudelijk Reglement onzer Afdeeling, door het Hoofdbestuur toegezegd een nieuw reglement voor de Bedrij f saf deeling te ontwerpen, waaraan wij de bevoegdheid zouden kunnen ontkenen het verzenden van roode kaarten met een zekere vergoeding voor administratiekosten te belasten en vervolgens een inspecteur aan te stellen, die toezicht zou houden op den toestand der apparaten en cabines van H.H. Exploitanten en de Centrale Commissie voor de Filmkeuring en de wijze waarop de films door H.H. Operateurs werden behandeld, doch tot op heden kwam dit ontwerp niet in ons bezit. Ook een uitgewerkt voorstel om te komen tot het oprichten van een schriftelijken cursus in overleg met het Nederlandsch Technicum PBNA te Arnhem, wacht reeds eenige maanden op afdoening, ter wijl ook door ons bij herhaling tevergeefs werd aangedrongen op het ontwerpen eener regeling voor betaling der gederfde filmhuur- schuld inzake de Zuidelijke actie, welke reeds in het jaar 1929 werd gevoerd. Wij zijn er van overtuigd, dat het Hoofdbestuur van den Neder- landschen Bioscoop-Bond en het Bureau naar beste vermogen tracht de loopende zaken af te doen, maar wij meenen toch op dit punt in dit jaarverslag te moeten wijzen, omdat door deze omstandig heid de activiteit onzer Afdeeling belangrijk wordt beïnvloed. Wij spreken de hoop en de verwachting uit, dat het Hoofdbe stuur van den Nederlandschen Bioscoop-Bond maatregelen zal treffen, om onze belangrijke onderafdeeling van den Bond, die toch geacht kan worden een belangrijk gedeelte van de Bondstaak te vervullen, in den vervolge vlugger bij het doorvoeren harer plannen en het vervullen harer wenschen te helpen en tegemoet te komen. Dankbaar dient vermeld te worden, dat het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Bioscoop-Bond een zeer tegemoetkomende houding heeft aangenomen omtrent onze voorstellen betreffende de uitkeering van het toegezegde percentage der gederfde filmhuur- schuld inzake de actie Groningen en de bemiddeling, die het Hoofd bestuur heeft willen verleenen om na het beëindigen van deze zoo gunstig gevoerde actie tot een regeling betreffende het nog afnemen der niet betaalde en niet vertoonde, doch wel gecontracteerde films tusschen filmverhuurders en Groninger exploitanten te komen. 67

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1931 | | pagina 62