De Zakelijke Belasting op het Bedrijf, die in 1929 is
afgeschaft, is weer ingevoerd; aan het complex van gemeentelijke
belastingen is een nieuwe toegevoegd in den vorm van de Brand
verzekeringsbelasting; de opcenten op de Personeele Belasting zijn
verhoogd; de heffing van het Straatgeld is op een hooger percen
tage vastgesteld.
Neemt men hierbij in aanmerking, dat voor 1932 de kans op
verlaging der vermakelijkheidsbelasting erg klein is, dan ligt de
conclusie voor de hand, dat ons bedrijf in het thans ingetreden jaar
onder veel zwaardere lasten geëxploiteerd zal moeten worden.
Onder deze omstandigheden is de geenszins benijdenswaardige
taak voor het Afdeelingsbestuur weggelegd om te streven naar
vermindering der lasten.
Te dezen aanzien is het Bestuur in het afgeloopen jaar diligent
geweest. Gepoogd is de electriciteitstarieven verlaagd te krijgen,
waaromtrent nu nog met de directie der G. E. W. onderhandeld
wordt.
De tarieven voor het onderhoud van de nieuwe brandmelders,
welke het Bestuur in 1930 van 120.— op ƒ60.— per jaar terug
gebracht heeft weten te krijgen, zijn in het afgeloopen jaar nog
verder verlaagd.
Door Burgemeester en Wethouder is n.1. een nader besluit ge
nomen, volgens hetwelk de leden, die op 1 Juli 1930 in het bezit
waren van een brandschel, vrijgesteld zijn van de kosten van
aanleg van den nieuwen brandmelder en, in het algemeen voor
onderhoud daarvan hetzelfde bedrag hebben te betalen als dat, het
welk zij voor de brandschel (van 10.tot 25.— per jaar) ver
schuldigd waren. Deze bepaling vindt echter alleen toepassing
voor hen, die op 1 Juli 1930 het beheer over een bioscoop te
Amsterdam hadden. Bij overneming van een bioscoop, ook door
de leden, die reeds bioscopen in de hoofdstad bezitten, is een
jaarlijksche vergoeding van ƒ120.verschuldigd. Tot nu toe is
het Bestuur er niet in geslaagd om deze bepaling, welke een groot
nadeel is voor de leden, die na 1 Juli 1930 bioscoopexploitaties
hebben overgenomen en/of in de toekomst nog zullen overnemen,
opgeheven te krijgen.
Hieromtrent wordt thans met het college van B. en W. nader
overleg gepleegd.
Het Comité van Actie tegen de toepassing van de Precario-
verordening (de nieuwe, een verzwaring van lasten medebrengende
precario-verordening is op 1 Januari 1930 in werking getreden),
74
