Aanschrijvingen, waarin aangemaand werd tot meer collegiali
teit werden verzonden aan: een lid, dat in een naburige gemeente,
waar ook een permanente bioscoop gevestigd was, strooibiljetten
liet verspreiden; een bioscoopexploitant, die op groote schaal
reductiebiljetten in de plaats van vestiging zijner bioscoop liet
verspreiden; een lid, dat vóór het theater van zijn collega reclame
biljetten liet uitreiken; (twee klachten van dien aard werden ter
afdoening in handen van het bestuur der afdeeling Amsterdam
gesteld); een donateur, die een ongepaste anonieme advertentie
in het „Nieuw Weekblad voor de Cinematografie" had doen
plaatsen.
De straf van waarschuwing, als bedoeld in art. 17 der Statuten,
werd opgelegd aan:
1. een lid, dat in strijd met een met zijn collega's ter plaatse ge
sloten minimum-entreeprijs-overeenkomst z.g. „dubbeltjes"-
voorstellingen had gegeven;
2. een lid, dat inbreuk had gemaakt op een met zijn collega's ter
plaatse gesloten advertentie-overeenkomst;
3. een lid, dat inbreuk had gemaakt op het recht tot uitsluitend
gebruik van den ingeschreven titel in het Naamregister (art.
9 van het Reglement op het Naamregister) en bovendien den
filmverhuurder, die zich daarover beklaagd had, bij den bui-
tenlandschen filmproducent, die de film had geleverd, op wel
ker titel inbreuk was gemaakt, op onbehoorlijke wijze ver
dacht had gemaakt;
4. een lid, dat getracht had zich te onttrekken aan het Hoofd
bestuursbesluit tot sluiting van de bioscopen op den dag dei-
uitvaart van het stoffelijk omhulsel van Z.K.H, den Prins
der Nederlanden;
5. een lid, dat een filmprogram geleverd had aan een geboycotte
zaak.
In handen van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders werden
gesteld drie klachten betreffende het onrechtmatig verzenden
van sommaties (roode kaarten) .door de Filmhuurschuldcommissie.
Ongegrond werden nog verklaard negen klachten van onder
scheidenen aard.
Een lid, dat zich over een filmreiziger van één zijner collega's
op minder sympathieke wijze uitlatingen had veroorloofd, werd
56