van het Bureau-personeel het feit is herdacht, dat Mevrouw Snuiff voor 10 jaar in dienst van den Bond is getreden. Bij deze gelegen heid heeft de Bondsdirecteur deze trouwe medewerkster op har telijke wijze toegesproken en zijn haar zoowel namens het Hoofd bestuur als namens het personeel eenige blijken van waardeering aangeboden. UITBREIDING VAN HET AANTAL ZAKEN. Op 31 December 1935 bedroeg het aantal zaken van de leden van den Bond 444 (409),*) ingedeeld in 344 (323) permanente bioscoopen 25 (21) reisbioscopen, 2 (1) speelfilmstudio's, 7 (8) filmfabrieken, 7 (6) filmproductiezaken, 5 (4) reclamefilmfabri kanten, 54 (46) filmverhuur- en -importzaken. Het aantal donateurs bedroeg 32. DE FILM-IMPORT. In 1935 werden in totaal 514 groote speelfilms aan de Centrale Commissie ter keuring aangeboden tegen 535 in 1934. (Deze ge gevens zijn ontleend aan het verslag over 1935 van de Centrale Commissie voor de Filmkeuring.) Dit aantal1 wijst op een filmimport, welke belangrijk grooter is dan in eenig ander land van Europa. De filmimport is buiten iedere normale verhouding gegroeid; hiermede doet zich een vraagstuk voor, dat reeds met den grootsten ernst door het Hoofdbestuur zoowel als door het Bestuur der Be- drijfsafdeeling Filmverhuurders onder de oogen wordt gezien en ten aanzien waarvan een regelend optreden dezerzijds in ieder ge val ten zeerste noodzakelijk wordt geacht. De absolute sluiting van het filmverhuurbedrijf, zooals aan vankelijk door de Studiecommissie van den Bond werd voorgesteld, kan eventueel een middel zijn om in den thans bestaanden abnor- malen toestand verbetering te brengen. Voor wat de groote geluidsfilms betreft, welke dit jaar in roulatie zijn gebracht, althans ter keuring zijn aangeboden, is de verdeeling. 88 De tusschen haakjes geplaatste cijfers hebben betrekking op 1934.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1935 | | pagina 89