Bij een enquête, gehouden op verzoek van het Hoofdbestuur ten behoeve van het Bureau voor Statistiek, omtrent het aantal voorstellingen per week, is gebleken, dat vele ondernemingen in onze afdeeling een gering aantal voorstellingen geven, ja zelfs in de zomermaanden geheel gesloten zijn. Eén exploitant berichtte, dat hij een voorstelling op een Maandagavond niet liet beginnen, omdat er slechts drie bezoekers waren gekomen. In het afgeloopen kalenderjaar is het minimum-prijzen-reglercent tot stand gekomen. Er waren wel drie ontwerpen geweest, maar telkens bleek, dat een ontwerp niet de noodige eenstemmigheid kon verwerven. En nu zijn er reeds eenige wijzigingen aangebracht, o.a. voor jeugd- en Zondagochtendvoorstellingen is men niet ge houden aan de bepaling, dat hoogstens één derde der plaatsen bestemd mag zijn voor bezoekers van den laagsten rang. In verband hiermede moge nog het volgende worden medege deeld: Wat in groote steden de Zondagochtendvoorstelling biedt, moet op 't platteland vertoond worden op een middag (b.v. Zater dag) of op een avond, waarop het gewone weekprogramma niet vertoond wordt (zie bovengenoemde enquête). Op deze tijdstippen moeten derhalve de exploitaties op het platteland of in kleinere steden toegang mogen verleenen tegen gereduceerde prijzen, zooals dit aan exploitanten in groote steden op Zondagochtend geoorloofd is. Twee bestuursleden onzer afdeeling hebben in de algemeene ledenvergadering van 3 Januari 1938 bij de behandeling van het prijsbeschermingreglement in dezen zin gepleit, echter nog zon der succes. Toch moeten wij den moed niet opgeven, immers het platteland zou dan van het genre films, dat op de Zondagochtend voorstellingen in de groote steden vertoond wordt, verstoken blij ven, wat ten zeerste te betreuren zijn zou. Een andere wensch, die onze afdeeling koestert, is de volgende: Sommige theaters doen in omliggende gemeenten raambiljetten be vestigen, ook daar, waar permanente bioscopen gevestigd zijn. Aan dit laatste euvel zou onze afdeeling gaarne een eind gemaakt zien. Op het eind van 1937 waren in onze afdeeling 45 bioscoop theaters. Ons wakkere lid, de heer C. J. van Liere, mocht het Alhambra-theater te Vlissingen, geheel gerestaureerd, heropenen. Ons Bestuur heeft hem met dit feit van harte geluk gewenscht. Wij mochten den heer R. Uges Jr. te Rotterdam als nieuw lid in schrijven, daar hij met toestemming van het Hoofdbestuur exploi tant geworden is van het Luxor-Theater te Leiden. Van den heer D. Siem Jr. ontvingen wij een schrijven, waarin hij mededeelt, dat de Electro-bioscoop te Middelburg geen deel meer uitmaakt van 149

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1937 | | pagina 148