Geluidsprojectiewagen Verhoging vermakelijkheidsbelasting Diversen 108 ning van de afdeling zouden komen. Naast deze medewerking heeft d? afdeling ter ondersteuning van de kosten voor het Jubileum een bedrag van 2000,ter beschikking gesteld. Door het zeer zuinige beheer van het Jubileum Comité werd het garantiefonds, dat door diverse instellingen op voormelde wijze gevormd was, niet geheel ver- In September 1948 vond eindelijk de overdracht van de door de afdeling film- wagen aan het Nederlandse Leger plaats in aanwezigheid van vele burgerlijke en militaire autoriteiten. Namens het Nederlandse Leger sprak generaal Van Dijke, die in zeer hartelijke bewoordingen de afdeling dankte voor dit prachtige en kostbare geschenk, daarbij tevens de hoop uitsprekende, dat deze filmwagen de in Indonesië aanwezige troepen veel ontspanning zou mogen geven. Hij releveerde hierbij in het bijzonder, dat de aanbieding van dit geschenk op duidelijke wijze de zo nodige samenwerking en het juiste begrip tussen burgerij en Leger demonstreerde. Voordat de Gemeenteraad tot verhoging van de vermakelijkheidsbelasting besloot, vonden enige besprekingen plaats met de Wethouder van Financien, die, ofschoon zij niet tot handhaving van het bestaande belastingpeil hebben kunnen leiden, toch wel ten gevolge hebben gehad, dat de door de Minister voorgestelde clausule van 500 meter, zgn. artikel 1 -film niet in Den Haag werd toegepast en tevens, dat culturele programma's, waarin films werden vertoond volgens Art. 1 Lid 2 ten 2e van de Bioscoopwet, met het oude tarief van 20 bleven belast. In verband met de invoering van de verhoogde belasting en de tezelfder tijd in werking tredende beslissing van het Directoraat-Generaal van de Prijzen, welke een verlaging van onze netto-entreeprijzen met 9,2% voorschreei, werden ver schillende besprekingen gehouden ten einde de nadelige maatregelen zoveel moge lijk te ondervangen. De toestemming der Prijzencommissie om de gemiddelde netto entreeprijs niet meer alleen per voorstelling, doch over alle in de loop van een week te geven voorstellingen te mogen berekenen, verzachtte slechts zeer gedeel telijk de verlaging der netto-entreeprijzen. Bij het verschijnen van dit verslag zijn nog geen totale jaarlijkse cijfers betref fende de vermakelijkheidsbelasting en de ontvangsten der bioscopen beschikbaar. De voorlopig beschikbare cijfers geven voor 1948 een daling van de totale opbrengst van ongeveer 6 tot 7%. Hierbij dient echter in aanmerking te worden genomen, dat de cijfers over 1948. zelfs al rekent men met netto-ontvangsten, geen betrouwbaar vergelijkingsmateriaal vormen met cijfers over 1947, daar in de loop van 1947 enige nieuwe theaters werden gevestigd, waarvan één in Augustus en cén in de Kerstweek van 1947, zodat men voor een juiste vergelijking over de cijfers van deze nieuwe vestigingen zou moeten beschikken. Wanneer men dan ziet, dat in de maand November 1948 de totale ontvangst van de Haagse bioscopen 17% lager was dan in de overeenkomstige maand van 1947. moet men met zeer ernstige dalingen der netto-ontvangsten in 1948 en 1949 rekening houden. Ten einde de bestaansmogelijkheden onzer exploitaties te ver zekeren zal het streven der afdeling er dan ook bij voortduring op gericht moeten zijn een verlaging van de huidige, te zwaar drukkende, vermakelijkheidsbelasting te verkrijgen. Aan het einde van dit verslagjaar werd de Corso Cinema in de Prinsestraat gesloten, daar de verlenging van het huurcontract met de eigenaar niet kon plaats vinden. De kwestie van de verlenging van een nieuwe bioscoopvergunning op dit pand is nog bij verschillende Bondsinstanties in behandeling, evenals de aanvrage

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1948 | | pagina 110