AFDELING HET OOSTEN 106 OP de jaarlijkse ledenvergadering van de Afdeling „Het Oosten" van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, welke op Woensdag 31 Januari 1951 te Deventer is gehouden, is door de Secretaris-penningmeester ter voldoening aan het bepaalde in artikel 12 van het Uniform Reglement van de Provinciale en Plaatselijke Afdelingen van Exploitanten verslag uitgebracht over de werk zaamheden in het afgelopen jaar, tevens rekening en verantwoording gedaan over zijn beheer gedurende 1950. Een begroting van ontvangsten en uitgaven over het lopende jaar werd ingediend en goedgekeurd. De heren W. G. Veldhuizen en C. M. Westland werden door de vergadering herbenoemd tot lid van het Afdelingsbestuur, terwijl laatstgenoemde bovendien herbenoemd werd tot lid van de Afdelingsraad. Gedurende het verslagjaar had de Afdeling het verlies van enige zijner oudste en trouwste leden te betreuren. Op Vrijdag 13 Januari overleed te Deventer de heer J. W. Jansen in de ouderdom van 86 jaar. Wijlen de heer Jansen was de oudste firmant van de Firma J. W. Jansen Zn., exploiterende o.a. de bioscoop Cinema Palace te Deventer. De overledene had steeds een grote belangstelling voor het bioscoopbedrijf. Op 8 April overleed op 63-jarige leeftijd de heer L. Wille te Zaltbommel. Wijlen de heer Wille behoorde tot die exploitanten, die bescheiden hun weg gaan; zij betekenen voor de maatschappij vaak meer, dan zij willen doen voorkomen. De heer Wille was een actief lid van onze Afdeling. Hun nagedachtenis zal door de Afdeling steeds in ere worden gehouden. De samenstelling van het Afdelingsbestuur, welke in 1950 ongewijzigd bleef, is als volgt: Ch. van Biene, Voorzitter, Arnhem, J. H. Kroon. Vice-Voorzitter, Zwolle. A. Jansen, Secretaris-Penningmeester, Deventer, W. G. Veldhuizen, Lid, Apeldoorn. C. M. Westland, Lid, Wageningen. Een opvallende vergroting van het theaterpark van de leden der Afdeling werd te Apeldoorn bereikt, waar door de Commissie Nieuwe Zaken, tegen het advies van het Afdelingsbestuur in, vergunning werd verleend voor het gaan exploiteren van twee nieuwe bioscoop-theaters-A, zodat in genoemde stad inplaats van twee nu vier permanente bioscopen-A gevestigd zijn. Het totaal aantal beschikbare zitplaatsen werd hierdoor verdubbeld. Door de voortdurend slechte weersomstandigheden kon het bezoek aan het Bio-Vacantieoord geen doorgang vinden. Het Afdelingsbestuur hoopt de uitge stelde tocht in 1951 te organiseren. Het jaar 1950 bracht over het algemeen weer een daling in de ontvangsten. Werd in sommige kleine gemeenten het percentage van de vermakelijkheids- belasting verlaagd, grotere gemeenten handhaafden het hoge percentage. Deventer, 31 Januari 1951. A. JANSEN. Secretaris-Penningm.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1950 | | pagina 112