functie van de ondernemer, die optreedt als
lid en voorzitter. De overige leden van een
ondernemingsraad worden gekozen door
kiesgerechtigde werknemers, waaronder in
dit verband worden verstaan de werkne
mers, die de leeftijd van eenentwintig jaar
hebben bereikt en gedurende ten minste een
jaar onafgebroken in de onderneming werk
zaam zijn geweest.
De bedrijfscommissies, paritaire organen
van vertegenwoordigers van werkgevers- en
werknemersorganisaties, zijn elk belast met
het toezicht op de ondernemingsraden in een
bepaalde groep van ondernemingen, een zo
genaamde bedrijfstak.
Op uitnodiging van de Commissie Onderne
mingsraden van de Sociaal-Economische
Raad heeft het Hoofdbestuur met de Bestu
ren van de Algemene Bedrijfsbond van Kun
stenaars en Werknemers in de Film-, Thea
ter- en Amusementsbedrijven en van de Ne
derlandse R.K. Bond van Hotel-, Café- en
Restaurantgeëmployeerden „St. Antonius"
einde 1953 besprekingen geopend inzake de
aan de Sociaal-Economische Raad voor te
leggen voorstellen betreffende de instelling
van een bedrijfscommissie voor het film- en
bioscoopbedrijf, welke besprekingen spoe
dig tot overeenstemming hebben geleid.
Het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie
No. R E 11/1954 bevatte de verordening
van de Sociaal-Economische Raad van 14
Mei 1954 (goedgekeurd bij Koninklijk Be
sluit van 3 Juni 1954, No. 20) tot uitvoe
ring voor het film- en bioscoopbedrijf van
de Wet op de Ondernemingsraden, bij welke
verordening een Bedrijfscommissie voor het
Film- en Bioscoopbedrijf werd ingesteld. De
door de Sociaal-Economische Raad tot het
benoemen van leden en plaatsvervangende
leden bevoegd verklaarde organisaties heb
ben daartoe de volgende personen benoemd:
De Nederlandsche Bioscoop-Bond, als leden:
de heren J. G. J. Bosman, W. F. Dubbelde-
man, C. S. Roem en W. K. G. van Royen, en
als nlaatsvervangende leden: de heren M.
Desmet, Joh. Miedema, J. L. Paerl en E. J.
Verschueren.
De Algemene Bedrijfsbond van Kunstenaars
en Werknemers in de Film-, Theater en Amu
sementsbedrijven, als leden: de heren J. H.
van Kerkwijk en D. van der Meulen en als
plaatsvervangende leden: de heren H. J.
Zwart en J. van der Hilst.
De Nederlandse R.K. Bond van Hotel-, Café-
en Restaurantgeëmployeerden „St. Anto
nius", als leden: de heren J. F. van Bijster-
veld en A. A. Kuys, en als plaatsvervangend
lid: de heer H. Th. Seisveld.
Adverteren buiten de plaats van vestiging
Onderscheiden klachten hebben in de loop
van 1954 het Hoofdbestuur bereikt over het
plaatsen van bioscoopadvertenties in plaat
selijke bladen, die verschijnen in een ge
meente waar een andere dan de adverteren
de bioscoop gevestigd is.
Het Hoofdbestuur heeft onder de aandacht
van de betrokken adverterende leden ge
bracht, dat het deze handelwijze in flagrante
strijd acht met een sedert jaren bestaande
usance en met het algemeen bedrijfsbelang.
Het College heeft op deze leden een drin
gend beroep gedaan om deze publiciteits-
methoden onmiddellijk te staken.
Filmweek Arnhem 1955
Aan het begin van het verslagjaar werd het
Hoofdbestuur in kennis gesteld van de plan
nen welke de gemeente Arnhem had opgevat
tot het organiseren van een filmweek in deze
stad in 1955. Arnhem is de laatste jaren
steeds meer het middelpunt geworden van
congressen en andere manifestaties, terwijl
de stad internationaal een bekende klank
heeft gekregen.
Het Hoofdbestuur, dat terzake eveneens
bepaalde plannen in overweging had,
heeft, daartoe benaderd, de gemeente
Arnhem in principe toegezegd zijn me
dewerking te zullen verlenen en heeft
in Maart van het verslagjaar een studie
commissie benoemd, bestaande uit de heren
C. S. Roem, R. Uges Jr. en de Bondsdirec
teur, de heer J. G. J. Bosman, welke de op
dracht had een onderzoek in te stellen naar
de mogelijkheden tot het organiseren van
een filmmanifestatie te Arnhem gedurende
de zomer van 1955.
47