Ledenvergadering
De jaarlijkse algemene ledenvergadering
werd gehouden op Dinsdag, 25 Mei in het
Kurhaus te Scheveningen. Na de goedkeu
ring van het jaarverslag bracht de Com
missie van Rapporteurs, bestaande uit de
heren E. Alter, G. J. Milius, C. S. Roem en
A. F. Wolff verslag uit van haar bevindin
gen ter zake van de rekening en verant
woording van het financieel £>eheer over
1953, de balans per 31 December 1953 en
de begroting voor 1954. Daarna werden de
jaarstukken goedgekeurd en de begrotin^
overeenkomstig het Hoofdbestuursvoorsteï
vastgesteld.
Bij enkele candidaatstelling werden tot lid
van het Hoofdbestuur herkozen de heren M.
Desmet te Eindhoven en Joh. Miedema te
Sneek. In de plaats van de heer C. S. Roem
te 's-Gravenhage werd bij enkele candidaat
stelling de heer J. Weening te Amsterdam
tot Hoofdbestuurslid gekozen. De Bonds
voorzitter heeft de heer Roem, die zich niet
voor een herkiezing beschikbaar had willen
stellen, dank gebracht voor het belangrijke
werk, dat hij als vice-voorzitter van het
Hoofdbestuur heeft verricht.
Tot leden van de Filmbeurscommissie wer
den herkozen de heren G. H. Groenewegen
te Leiden en H. Timmer te Amsterdam.
Bij de behandeling van het voorstel van het
Hoofdbestuur tot goedkeuring van een aan
tal wijzigingen van de Regeling van Lonen
en andere Arbeidsvoorwaarden in het Bio
scoopbedrijf kwamen verschillende amende
menten aan de orde. Veel tijd werd be
steed aan de verdediging en bestrijding van
een amendement van de Afdeling Het Noor
den, dat tot strekking had buiten de loon-
regeling te laten vallen de werknemers, die
als nevenfunctie minder dan 24 uur per
week in de bioscoop werkzaamheden ver
richten, maar hetzij elders 24 uur of meer
per week arbeid in loondienst verrichten,
hetzij een zelfstandig beroep of bedrijf uit
oefenen. Bij stemming werd dit amende
ment verworpen. Andere, minder ingrijpen
de amendementen werden wel aangenomen.
Daarna werd het aldus geamendeerde con-
cept-loonregeling zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd; waarna de Bondsvoorzit
ter aan de Sociale Commissie en haar secre
taris, de heer H. W. Hagenberg, dank heeft
gebracht voor het vele werk, dat voor de
voorbereiding van de gewijzigde toonrege
ling verzet is.
Vervolgens werd op voorstel van het Hoofd
bestuur besloten de jaarvergadering in 1955
te Arnhem te houden.
Ten slotte hield Mr D. Bijdendijk, voorzit
ter van de Centrale Commissie voor de Film
keuring een causerie over de practijk van
de Bioscoopwet onder cle titel „Van Lu-
mières Salon Indien tot de tele-cinema".
Deze boeiende causerie werd met cle grootste
aandacht gevolgd.
57
