Bondsarbitrage De samenstelling van de Commissie van Ge schillen onderging dit jaar enige wijziging doordat de heer A. F. Wolff wegens benoe ming tot lid van de Raad van Beroep zijn functie neerlegde. In zijn plaats werd de heer H. Zondervan, Leeuwarden, tot lid van de Commissie van Geschillen benoemd. In de loop van het verslagjaar zijn overleden de Commissieleden H. J. de Vries, Groningen en C. v. d. Wilden, Haarlem. In de plaats van wijlen de heer C. v. d. Wilden werd door het Hoofdbestuur de heer K. F. J. Wijsmuller, Amsterdam tot lid van de Com missie van Geschillen benoemd. In de tweede vacature was tegen het eind van het verslag jaar nog niet voorzien. De heer C. van Willigen, Wassenaar, trad ook dit jaar op als Voorzitter van de Commissie en de heer J. Weening, Amsterdam, als Vice- Voorzitter. De Kamers waren in 1956 als volgt samen gesteld Eerste Kamer: J. v. d. Horst, Amsterdam en K. F. J. Wijsmulier, Amsterdam. Tweede Kamer: H. Zondervan, Leeuwarden en L. W. R. Meyer, Amsterdam. Derde Kamer: H. J. de Vries f en J. de Wilde, Amsterdam. Als Secretaris trad wederom op de heer H. W. Hagenberg. In het verslagjaar zijn zes zittingen gehouden, die alle werden gepresideerd door de heer C. van Willigen. In totaal zijn in 1956 21 geschillen aanhangig gemaakt tegen 24 in 1955. Verder werden twee geschillen behandeld, die in 1955 waren aan hangig gemaakt. De werkzaamheden van de Commissie van Geschillen kunnen in het volgend overzicht worden samengevat: Aantal geschillen in 195621 Aantal geschillen uit 19552 23 Ingetrokken geschillen in 1956 15 In 1956 behandelde geschillen waarin vonnis werd gewezen 8 (1955: 10) De 21 geschillen uit 1956 zijn als volgt aan hangig gemaakt: 9 door leden-filmverhuurders contra leden exploitanten; 4 door leden-exploitanten contra leden-film verhuurders 3 door leden-exploitanten contra leden-exploi tanten; 1 door een lid-filmfabrikant contra een lid- f ilmproducent 1 door een lid-filmfabrikant contra een lid- filmfabrikant; 1 door een lid-filmverhuurder contra een do nateur; 1 door een donateur contra een lid-exploitant 1 door een niet-lid contra een lid-exploitant. De twee geschillen uit 1955 waren beide aan hangig gemaakt door een lid-filmverhuurder contra een lid-exploitant. Het waren zoge naamde betalingsgeschillen. Van de overige 21 hierboven genoemde geschil len waren er 13 eveneens betalingsgeschillen, waarvan er 11 vóór de openbare behandeling werden ingetrokken. Van de overige acht ge schillen waren er drie zogenaamde vrijwa ringszaken, welke alle betrekking hadden op foutieve doorzending van films. Eén van deze geschillen is voor de openbare behandeling ingetrokken, hetgeen eveneens het geval was met drie van de vijf nog resterende geschillen. 22

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1956 | | pagina 23