48
Regeling inzake vrachttarieven
Uitvoering Reglement op het Naamregister
vermakelijkheidsbelasting. Het Hoofdbestuur heeft de leden-bioscoopexploitanten
onder meer concepten verstrekt voor bij de gemeentebesturen in te dienen ver
zoeken om belastingverlaging. Voorts heeft het college de leden-filmverhuurders
van voorlichting en advies gediend in vraagstukken de omzetbelasting betreffende.
De toch al moeilijke lastenpositie van het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf
dreigde in het verslagjaar nog te worden verzwaard door de algemene verhoging
der vrachttarieven van het expressegoed, waartoe de N.V. Nederlandsche Spoor
wegen in 1962 besloot. De verhoging trof deze bedrijfstak in het bijzonder, omdat
de leden in hoofdzaak op verzending van films per spoor als expressegoed zijn
aangewezen. Hieruit vloeit zelfs de reglementaire voorziening voort, dat de leden
bij verzending van filmmateriaal tot deze vorm van vervoer zijn gehouden, tenzij
zij bij onderlinge overeenkomst een afwijkende regeling treffen.
Het Hoofdbestuur heeft in de tariefsverhoging aanleiding gevonden zich onmiddel
lijk tot de N.S. te wenden, teneinde te wijzen op de ernstige gevolgen hiervan voor
het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf, dat in tegenstelling tot andere bedrijfs
takken nagenoeg geen compensatiemogelijkheden bezit. Gezien de door het
Hoofdbestuur aangevoerde argumenten hebben de N.S. zich bereid verklaard tot
een collectieve reductieregeling met de Bond. Deze regeling houdt in, dat over het
tijdvak van 1 september 1962 tot 1 september 1963, behoudens enige uitzonderin
gen, een korting zal worden verleend op het door de N.S. ontvangen vrachtbedrag
voor expressegoed. Deze korting wordt achteraf door de N.S. aan de Bond uit
betaald op basis van de duplicaat-vrachtbrieven die door het Bondsbureau bij de
leden worden ingezameld. Daarna zal het Bondsbureau tot verrekening overgaan
met de individuele leden. De regeling geldt voorlopig voor een jaar.
Het stemt tot voldoening, dat de door de N.S. toegepaste tariefsverhogingen op
deze wijze voor een niet gering deel ongedaan zijn gemaakt.
Het Naamregister heeft als beschermend registratie-orgaan en als informatiebron
voor de leden ook in het afgelopen jaar zijn nut bijna dagelijks bewezen. Er werden
510 namen ingeschreven (vorig jaar 570), inclusief 97 wijzigingen (vorig jaar
156). De nieuwe titels werden eenmaal per week gepubliceerd in een circulaire
aan de leden-filmverhuurders en de -producenten. Titels die daarvoor reglemen
tair in aanmerking kwamen werden uitgeschreven, voorzover de betrokken leden
geen verlenging vroegen.
Een toenemend gebruik werd geconstateerd van filmtitels, die uit een oogpunt van
algemeen bedrijfsbelang minder gewenst waren te achten, omdat op de adverten
tiepagina's meermalen een opeenhoping van dit genre titels viel te constateren,