54
vacantieweken voor invaliden, de boottochten voor chronisch bedlegerige patiën
ten en het welfarewerk voor zieken en bejaarden.
Het Hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis heeft het Hoofdbestuur en
de leden van de Bond dank gebracht voor de verleende medewerking.
Vertegenwoordigingen
De Nederlandsche Bioscoop-Bond was ingevolge aanwijzing van het Hoofdbestuur
in 1962 in een groot aantal binnenlandse en buitenlandse organen en instellingen
vertegenwoordigd. In aansluiting aan hetgeen hiervoor bij onderscheiden onder
werpen reeds verspreid is medegedeeld, volgt hieronder een samenvatting der
voornaamste vertegenwoordigingen
De heer R. Uges had zitting in de Huishoudelijke Commissie van de Filmkeuring.
In het Zuidelijk nakeuringscomité van de Katholieke Filmcentrale werd de Bond
vertegenwoordigd door de heer M. A. V. Vermin.
In de Raad van Beheer van de Stichting Nederlandse Filmstudio hadden namens
de Bond zitting de heren W. K. G. van Roven, tevens voorzitter, D. J. van Leen
en A. F. Wolff. In het Bestuur van de Stichting Productiefonds voor Nederlandse
Films was de Bond vertegenwoordigd door de heren J. G. J. Bosman, D. J. van
Leen en Joh. Miedema.
In de Raad van Beheer van de Stichting Nederlands Filminstituut was de Bond
vertegenwoordigd door de heren H. S. Boekman, J. G. J. Bosman, tevens secreta
ris-penningmeester, J. Nijland Jr. en C. S. Roem.
In het Bestuur van de Nederlandsche Vereeniging van Bioscoopreclame-Exploi
tanten had namens het Hoofdbestuur zitting de heer J. Nijland Jr. De Bond was in
het Bestuur van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Film- en Bioscoop
bedrijf vertegenwoordigd door de heren R. Uges, tevens voorzitter, H. Miedema,
lid van het dagelijks bestuur, J. G. J. Bosman, W. F. Dubbeldeman, W. J. F. van
Ewijk, E. J. Verschueren en A. F. Wolff. In de Bedrijfscommissie voor het Film
en Bioscoopbedrijf hadden vanwege de Bond zitting de heren J. G. J, Bosman,
W. F. Dubbeldeman, C. S. Roem en W. K. G. van Royen, leden, en M. Desmet,
J. L. Paerl, E. J. Verschueren en A. F. Wolff, plaatsvervangende leden. De heren
C. J. Blad, C. S. Roem en R. Uges vertegenwoordigden de bedrijfsorganisatie in de
gemengde televisiecommissie, ingesteld krachtens accoord tussen de Bond en de
N.T.S. De heer J. G. J. Bosman fungeerde als plaatsvervangend lid.
In de Subcommissie van Advies voor de bemiddeling van amusementskunstenaars,
ingesteld door de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, werd de Bond
vertegenwoordigd door de heer A. J. A. Huyser. Deze had ook zitting in de Raad
van Beheer van de Stichting Arbeidsbemiddeling. De heer C. S. Roem vertegen
woordigde de Bond in de Commissie van Bijstand van het Nederlands Akoestisch
Genootschap (voorheen Geluidstichting). In de Commissie 44 (fotografie en cine
matografie) van het Centraal Normalisatiebureau had de heer O. P. Besseling
zitting.