Werkzaamheden Technische Dienst
De technische inspectie van het Bondsbureau verrichtte in 1962 wederom veel
nuttig werk en kon, mede dank zij het instrumentarium waarover thans wordt
beschikt, in talrijke gevallen gedegen adviezen verstrekken. Het totaal aantal
controles lag iets lager dan in 1961 n.1. 504 tegen 516. Er werd n.1. ook in 1962
veel aandacht besteed aan de doekbelichting in bioscopen, zijnde een zeer voor
name factor voor de kwaliteit van de bioscoopvoorstellingen.
Hierbij is gebleken, dat op een aantal van bijna 250 lichtmetingen in ruim de
helft van de gevallen de hoeveelheid gereflecteerd licht bij de verschillende pro
jectiesystemen als voldoende kon worden beoordeeld, terwijl in de overige geval
len speciaal bij Wide Screen- en Cinemascopeprojectie de gereflecteerde helderheid
van het scherm niet aan de bestaande normen beantwoordde. Slechts in een klein
aantal gevallen moest de lichthoeveelheid als zeer onvoldoende worden gekwalifi
ceerd. Als regel was het tekort aan licht het gevolg van instelfouten in het op
tische systeem, onvoldoende reflectie-eigenschappen van het projectiescherm of te
geringe capaciteit van de lichtbron ten opzichte van de schermgrootte.
Er werden steeds de nodige adviezen verstrekt ter verbetering van de bestaande
situatie. Gezien het tijdrovende karakter van dit soort controles en gelet op het
feit, dat in technische aangelegenheden in toenemende mate de mening of het
advies van de inspecteur wordt gevraagd, valt te verwachten dat het aantal
controles in de komende jaren nog enigzins zal teruglopen, te meer daar het
voornemen bestaat om, zodra de lichtcontröles zijn voltooid, extra aandacht te
gaan besteden aan de geluidskwaliteit in de bioscopen. Het streven zal er echter
ook in de toekomst op gericht blijven om met uitzondering van de grote steden,
alle bioscopen ten minste één maal per jaar te bezoeken, ten einde de stand van
zaken te beoordelen. Van genoemd aantal van 504 controles waren er 412 z.g. her-
controles, waarin ditmaal ook de lichtmetingen zijn opgenomen, welke voordien
onder de bijzondere controles werden gerangschikt. Vandaar dat het aantal bij
zondere controles ten opzichte van 1961 is teruggelopen van 135 tot 83.
Verder zijn in dit jaar slechts zes speciale controles nodig geweest voor filmbe-
schadigingen en zijn geen speciale geluidscontröles gehouden, welke onderwerpen
in het vorige jaar 62 controles vereisten. Dit wil helaas niet zeggen, dat het aan
tal filmbeschadigingen plotseling belangrijk zou zijn gedaald, doch alleen, dat
meer dan voorheen gesignaleerde filmbeschadigingen in de normale controle-
schema's konden worden ondergebracht, terwijl bovendien in verscheidene ge
vallen de oorzaak van de schade zo duidelijk was, dat een extra controle achter
wege kon blijven.
Tenslotte werden nog drie inventarisatiecontröles gehouden tegen vier in 1961.
Voorts dient te worden vermeld, dat bij de controles kon worden vastgesteld,
dat in 33 gevallen algehele of gedeeltelijke restauraties hadden plaatsgevonden
en dat in 19 bioscopen de technische apparatuur grondig was verbeterd. Ook hier
is de situatie in de grote steden buiten beschouwing gebleven.
Veel van deze verbeteringen kwamen mede op instigatie van de Technische Dienst
