Recette-Controledienst
De accountantsdienst van het Bondsbureau is door het Hoofdbestuur belast met
de feitelijke uitoefening van de reglementair voorgeschreven controle op de ont
vangsten wegens filmvoorstellingen in de door leden-exploitanten gedreven perma
nente en reizende bioscopen. De ratio dezer controle is gelegen in de omstandig
heid, dat elke voor hoofdfilms tussen lid-filmverhuurder en bioscoopexploitant ge
sloten vertoningsovereenkomst de auteursrechten per film bepaalt in een procen
tueel aandeel van de corresponderende vertoningsopbrengst. De door exploitanten
aan de filmverhuurders gedane recette-verantwoordingen vormen als uitvloeisel dier
partageregeling derhalve het controleobject van de onderhavige dienst. Zijn onder
zoekingen zijn dan ook erop gericht om aan de deelhebbers in de opbrengsten
zekerheid te verstrekken omtrent de juistheid en volledigheid der aan hun als bases
der afdrachtbecijferingen gedane recette-opgaven.
De toetsing der recette-verantwoordingen van bioscopen vormde aldus ook gedu
rende het verslagjaar grotendeels de arbeidstaak van het personeel van de dienst,
welke taak zich per bioscoop concentreerde rond de beweging der entreebewijzen
vanaf de verkrijging via de plaatselijke belastingdienst. Deze administratieve con
trole werd in het verslagjaar voor 360 bioscopen uitgevoerd, zonder dat van opzet
telijke onjuistheden in de geverifieerde verantwoordingen is gebleken. Begrijpelijker
wijs stuitten de controleurs wel regelmatig op kleinere en grotere accuratessefouten
in de recette-administraties der bioscopen. Als resultante daarvan werd door de
dienst in 1963 van 79 bioscoopexploitanten een gezamenlijk bedrag van 4.724,90
aan filmhuur nagevorderd naast een totaal van 659,58 aan Bondsbijdragen,
bedragen overigens welke slechts fractioneel waren ten opzichte van de afdrachts-
totalen. Aantal noch omvang van gebleken onopzettelijke onjuistheden kunnen
echter gelden als aanwijzingen voor de doelmatigheid van de onderzoekingen in de
uitgevoerde vorm. De betekenis daarvan raakt veeleer het psychologische vlak in
die zin, dat door de bekendheid met de komende controle-achteraf voor de gecon
troleerde het begaan van opzettelijke onjuistheden bij voorbaat geweerd wordt.
De controledienst heeft het overigens ook in het verslagjaar niet bij deze preventie
van zijn accountantsonderzoekingen gelaten in de overweging, dat een sluitend beeld
uit de boekhouding van de beweging der entreebewijzen nog geenszins de mogelijk
heid uitsluit van begane onregelmatigheden bij de verstrekking der entreebewijzen
aan het publiek. Het toelaten van bezoekers tot de voorstellingen anders dan tegen
afgifte van geldige entreebewijzen strekt ten nadele van de mede-rechthebbenden
op de vertoningsopbrengsten, zonder in de recette-administratie als zodanig waar
neembaar te worden. Teneinde eventuele onregelmatigheden van dergelijke aard
op te sporen c.q. te voorkomen, heeft de dienst in 1963 steekproefsgewijs wederom
onaangekondigde bezoeken (24) aan bioscopen gebracht tijdens de voorstellingen.
In alle gevallen is daarbij gebleken, dat de bezoekers voor hun entree het volle
pond betaald hadden. In enkele gevallen bleken er echter tekortkomingen te bestaan
op het punt van de interne controlemaatregelen, terzake waarvan de controleurs
aan de desbetreffende leden aanwijzingen tot verbetering verstrekten.
Technische Dienst
In 1963 zijn door de Technische Dienst rond 450 controles verricht tegen 504 in
1962. Het aantal is dus met ruim tien procent teruggelopen, hetgeen een gevolg is
van de intensivering van bepaalde controle-werkzaamheden die overigens reeds in
ons vorige jaarverslag was aangekondigd.
51