Bedrijfsafdeling Filmverhuurders
INLEIDING
Met voldoening mag worden vastgesteld,
dat het Nederlandse bioscooppark zich in
het algemeen in het verslagjaar heeft weten
te handhaven, zodat het afzetgebied van
de filmverhuurders vrijwel onaangetast is ge
bleven. In afwachting van de nog niet be
kend gemaakte exacte cijfers, kan thans
reeds worden aangenomen, dat de totale
filmhuuropbrengst in vergelijking met 1962
iets is toegenomen.
Daartegenover staat, dat de kosten van li
centies, copieën en reclamemateriaal ver
houdingsgewijs sterker gestegen zijn. Aan
gezien ook de overige kosten der filmver
huurkantoren de algemene trend tot stij
ging volgen, is het duidelijk, dat de bedrijfs-
uitkomsten der filmverhuurkantoren als
groep achteruit zijn gegaan. Tussen de le
den individueel treden echter zoals gewoon
lijk vrij sterke verschillen aan de dag.
FILMAANBOD
Het aantal ingevoerde nieuwe hoofdfilms
is in 1963 iets gedaald, namelijk van 396
in 1962 tot 385 in het verslagjaar (in
1961: 416; in 1960: 399; in 1959: 454;
in 1958: 507; in 1957: 508; in 1956: 485;
in 1955: 499; in 1954: 404). Daaraan moe
ten nog 4 (in 1962: 3) Nederlandse hoofd
films worden toegevoegd evenals 12 (8)
oude hoofdfilms, die in het verslagjaar op
nieuw in roulatie zijn gebracht, waarvan
11 (5) Amerikaanse en één (3) Euro
pese. Het totale aanbod van hoofdfilms
was derhalve in het verslagjaar 401 tegen
407 in 1962.
Het aantal ingevoerde Amerikaanse films
steeg van 113 tot 118. Het aantal inge
voerde Europese films daalde van 283 tot
261. De invoer daalde uit Frankrijk van
79 naar 72, uit Italië van 68 naar 64 en
uit West-Duitsland van 42 naar 29 hoofd
films. Alleen de invoer uit Engeland ver
toonde een stijging van 67 naar 73.
De filialen van de Amerikaanse productie
maatschappijen voerden gezamenlijk 122
hoofdfilms in (in 1962: 156), waarvan 83
(91) Amerikaanse en 39 (65) Europese.
De overige filmverhuurders importeerden
228 (218) Europese en 39 (22) Ameri
kaanse films.
Het aantal kleurenfilms daalde van 181 in
1962 tot 178 in het verslagjaar, waarvan
uit Europa 109 (116) en uit Amerika 69
(65).
In 1963 zijn er 111 (123) panoramische
films ingevoerd, waarvan 70 (83) van Eu
ropese en 41 van Amerikaanse oorsprong.
Van alle panoramische films hadden er 5
(2) een breedte van 70 mm.
Uit vorenstaande cijfers blijkt, dat het aan
bod van hoofdfilms zich niet heeft aange
past aan het verschijnsel, dat de publieke
belangstelling zich richt op een klein aan
tal films, die om de een of andere reden
bijzonder in de smaak vallen, ten koste van
de andere films. Zelfs de sterke vermin
dering van de invoer uit West-Duitsland,
die zich in het verslagjaar opnieuw heeft
voorgedaan, komt niet in het totale film-
aanbod tot uitdrukking.
Uiteraard sluit een aanbod van een vier
honderd hoofdfilms per jaar wel aan bij
het aantal premièretheaters in de grote
steden, al vragen de overige plaatsen eer
der om een veel kleiner aantal hoofdfilms
met een relatief groter aantal copieën.
TWEEDE MONOPOLE EN
RETSSUERECHTEN
Het stemt tot voldoening, dat het Afde-
lingsbesluit inzake Tweede Monopole en
Re-Issuerechten, hetwelk sedert 16 maart
1962 van kracht is, uitstekend heeft ge
werkt.
Dank zij dit besluit hebben zich geen exces
sen met betrekking tot de verkoop van
tweede monopolerechten meer voorgedaan.
Het bestuur heeft dan ook nog vóór het
einde van het verslagjaar besloten bij de
ledenvergadering een voorstel tot verlen
ging van het onderhavige besluit aanhan
gig te maken.
FILMWEEK
Nadat het Afdelingsbestuur en de zoge
naamde Commissie-A reeds met voortva
rendheid de nodige stappen hadden gedaan
om de activiteit van de filmverhuurders
voor wat de Filmweek Arnhem betreft te
stimuleren, kwam onverwachts het bericht
4>innen, dat deze manifestatie niet kon door
gaan.
In het najaar bleek het in de bedoeling
van de betrokken instanties te liggen om
wel in 1964 in Arnhem een Filmweek te
houden. Het Afdelingsbestuur heeft de eer
ste stappen gedaan om het beschikbaar stel-
57