F.I.A.P.F. De internationale producentenorganisatie, de Fédération Internationale des Associations de Producteurs de Films, hield in 1966 een vergadering op 16 mei in Cannes. Onze organisatie was daarbij vertegenwoordigd door de heer CS. Roem. Ter sprake kwamen diverse economische problemen, die zich in de wereldfilmhan- del voordoen en die voor filmproducenten speciaal in de grote filmproducerende landen van belang zijn. Verder is gesproken over de verschillende belasting- en valutaproblemen die de filmim- en -export nadelig beïnvloeden. De overige agenda punten hadden betrekking op auteursrechten, filmfestivals en toekomstige statuten wijzigingen. Er zijn thans acties in voorbereiding op het gebied van belastingen en invoer rechten op film, inzake douanefaciliteiten, mogelijkheden tot internationale arbitrage en voor wat betreft de wijziging van de Berner Conventie, waarover in 1967 een internationale vergadering van auteursrechtdeskundigen zal plaatsvin den. Afgewacht zal moeten worden in hoeverre ook ons bedrijf direct of indirect van deze activiteiten zal kunnen profiteren. F.I.A.D. De Fédération Internationale des Associations de Distributeurs de Films heeft in 1966 vergaderingen gehouden te Cannes en Parijs, respectievelijk op 9 en 10 mei en op 13 en 14 oktober. De Nederlandsche Bioscoop-Bond was op de vergaderin gen van deze internationale organisatie van filmverhuurders vertegenwoordigd door de heren C. S. Roem en J. de Wilde. De F.I.A.D. heeft zich onder andere bezig gehouden met de vraag, of moet worden overgegaan tot instelling van een verplichte arbitrage tussen filmproducenten en filmverhuurders. Andere vraag stukken die aan de orde kwamen, waren de op handen zijnde herziening van de Berner Conventie en de kwestie van de televisierechten. Deze aangelegenhe den zullen door de F.I.A.D. nader worden bestudeerd. B.I.C. Het Bureau International du Cinéma houdt zich bezig met de bestudering van gemeenschappelijke vraagstukken van de verschillende sektoren van het inter nationale film- en bioscoopbedrijf. De internationale organisaties van bioscoop- 16 exploitanten, filmproducenten, filmverhuurders en filmtechnische industrieën zijn in dit overkoepelende orgaan vertegenwoordigd. In 1966 heeft het B.I.C. niet vergaderd. U.E.S.C. EN C.I.C.E. De Union Européenne du Spectacle Cinématographique en het Comité de 1'Industrie Cinématographique Européenne beogen speciaal de belangen te be hartigen respectievelijk van de bioscoopexploitatie en van de filmproduktie in de landen van de Europese Economische Gemeenschap. In voorgaande jaren heb ben deze instellingen de desbetreffende organen van de E.E.G., onderling ten dele afwijkende, oplossingen aan de hand gedaan voor de problemen waarmede het Europese filmwezen heeft te kampen. De U.E.S.C. en het C.I.C.E. hebben, in af wachting van nieuwe ontwikkelingen in E.E.G.-verband, geen verdere activiteit in het verslagjaar ontplooid.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1966 | | pagina 17