46 Toekenning van eretekens Ingevolge besluit van het Hoofdbestuur dd. 28 augustus 1956 verleent het College op schriftelijke voordracht van de Bondsleden eretekens aan werknemers die gedu rende een lange reeks van jaren bij een zelfde onderneming in het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf in dienst zijn. Er worden zilveren insignes toegekend wegens trouwe dienstvervulling gedurende ten minste 10 jaar, doch minder dan 25 jaar; gouden insignes worden verstrekt aan werknemers die tenminste 25 jaar, maar nog geen 40 jaar bij een zelfde onderneming in dienst zijn; gouden insignes met diamant worden uitgereikt aan personen met een diensttijd van 40 jaar of langer. Er werden in 1966 in totaal 82 eretekens toegekend, waarvan 34 zilveren steekspelden (voor heren) en 25 zilveren brochettes (voor dames), 16 gouden steekspelden en 3 gouden brochettes, alsmede 4 gouden steekspelden met diamant. Sedert de instelling zijn bijgevolg 1578 insignes met bijbehorende oorkonde uit gereikt. Lijst van Geen Bezwaar Het aantal aanvragen tot plaatsing op de Lijst van Geen Bezwaar bedroeg dit jaar 966 tegen 1265 in 1965. Hierbij zijn inbegrepen 68 aanvragen voor televisie-uit zendingen. In 35 gevallen (68 in 1965) werd de plaatsing geweigerd. Bij deze aan tallen zijn niet inbegrepen de filmleveranties via de Stichting Nederlands Film instituut. De levering van films ten behoeve van leger, marine en luchtmacht ge schiedde op de gebruikelijke wijze krachtens de met het Centraal Filmbureau der Krijgsmacht getroffen regeling. Overigens stonden in 1966 acht productiebedrijven op de Lijst van Geen Bezwaar. Een daarvan vroeg in de tweede helft van het jaar het lidmaatschap aan en door de Commissie Nieuwe Zaken werd op de desbetreffende aanvrage gunstig beslist. Laatstbedoelde plaatsingen op de Lijst van Geen Bezwaar zijn gebaseerd op een door het Hoofdbestuur getroffen speciale regeling, die ten doel heeft filmprodu centen die nog niet geheel aan de eisen van het Bondslidmaatschap kunnen voldoen, tijdelijk op te vangen. Filmverzekering Voor de filmverzekering is het verslagjaar over het algemeen gunstig geweest. De op Bondskosten tegen brandschaden verzekerde filmvoorraad is opnieuw ver minderd en wel tot 7.243.000 m, doch de verzekerde waarde is gestegen door de toename van de kleurenfilms, waaronder de films op 70 mm-breedte, tot 59% van het totaal. Vermoedelijk zal echter, door een daling in het totaalbedrag der aangemelde schaden, het winstaandeel voor de all risks-verzekering aanmerkelijk gunstiger uitvallen dan voor het jaar 1965 toen slechts 11,1% van de betaalde premies werd terugontvangen. Commissie voor Niet-Commerciële Reclame Het aantal aanvragen om faciliteiten voor de vertoning van niet-commerciële reclame was in het afgelopen jaar bijzonder klein. Er werden vijf aanvragen inge diend, naar aanleiding waarvan besloten werd de bioscoopondernemers en bio scoopreclame-exploitanten te adviseren 50 reductie te verlenen op de normale vertoningsprijzen voor projectieplaten.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1966 | | pagina 47