48 de heren Joh. Miedema, voorzitter, R. Uges, secretaris, W. K. G. van Royen, pen ningmeester, S. Barnstijn, J. G. J. Bosman, M. Gerschtanowitz, C. van Liere, M. J. W. Peters, W. G. Veldhuizen, C. van Willigen en A. F. Wolff, leden. Vertegenwoordigingen Tal van bedrijfsgenoten hebben, zulks krachtens benoeming of aanbeveling door het Hoofdbestuur, de Nederlandsche Bioscoop-Bond in 1966 weer in vele binnen landse en buitenlandse organen en instellingen vertegenwoordigd. In aansluiting aan hetgeen te dezen aanzien bij voorgaande onderwerpen reeds is gerapporteerd, volgt hieronder een samenvatting van de belangrijkste vertegenwoordigingen. In de Huishoudelijke Commissie van de Rijksfilmkeuring had zitting de heer R. Uges. De Bond was in het Zuidelijk Nakeuringscomité van de Katholieke Film Cen trale vertegenwoordigd door de heer M. A. V. Vermin. In de Raad van Beheer van de Stichting Nederlandse Filmstudio hadden van Bondswege zitting de heren W. K. G. van Royen, tevens voorzitter, J. G. J. Bosman en A. F. Wolff. De Bond was in het Bestuur van de Stichting Productiefonds voor Nederlandse Films vertegenwoordigd door de heren J. G. J. Bosman, D. J. van Leen en Joh. Miedema. In de Raad van Beheer van de Stichting Nederlands Filminstituut hadden zitting de heren J. G. J. Bosman, tevens secretaris-penning meester, W. Hemelraad, J. Nijland en C. S. Roem. In het Bestuur van de Nederlandsche Vereeniging van Bioscoopreclame-Exploi tanten was het Hoofdbestuur vertegenwoordigd door de heer J. Nijland. In het bestuur van de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Film- en Bioscoopbedrijf hadden zitting de heren J. G. J. Bosman, W. F. Dubbeldeman, W. Hemelraad, H. Miedema, R. Uges, E. J. Verschueren en A. F. Wolff. De heren Uges en Miedema hadden in het dagelijks bestuur van het fonds zitting respectievelijk als Voorzitter en lid. De heren C. J. Blad, C. S. Roem en R. Uges vertegenwoordigden de Bond in de gemengde televisiecommissie, ingesteld krachtens het accoord tussen de Bond en de N.T.S. De heer Uges fungeerde in deze commissie als voorzitter. De Bondsdirecteur trad op als plaatsvervangend lid voor de vertegenwoordigers van de Bond in de gemengde televisiecommissie. De heer A. J. A. Huyser vertegenwoordigde de Bond in de Raad van Beheer van de Stichting Arbeidsbemiddeling, in welk college hij het voorzitterschap bekleedde. Voorts had de heer Huyser zitting in de subcommissie voor de amusementskunst, die in het verslagjaar weer is ingesteld. De heer C. S. Roem vertegenwoordigde de Bond in de Commisie van Bijstand van het Nederlands Akoestisch Genootschap. In de Commissie ,,44" (fotografie en cinematografie) van het Nederlands Nor malisatie-Instituut had de heer O. P. Besseling zitting. De Bond was op de vergaderingen van de Internationale Unie van Bioscoopex ploitanten (U.I.E.C.) vertegenwoordigd door de Bondsvoorzitter en de Bondsdirec teur. Op de vergaderingen van de Internationale Federatie van Verenigingen van Filmproducten (F.LA.P.F.) was de Bond vertegenwoordigd door de heer C. S. Roem. De heren C. S. Roem en J. de Wilde waren aanwezig bij de vergaderingen van de Internationale Federatie van Verenigingen van Filmverhuurders (F.I.A.D.).

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1966 | | pagina 49