69 stuursleden Drs J. A. M. Bouts, alsmede de heren W. Hemelraad en A. F. Wolff, te steunen. Het Bestuur herbenoemde het periodiek af tredend lid van de Afdelingsraad, de heer W. Hulshoff Pol. Het benoemde de heer S. Barnstijn te Utrecht, directeur van D.L.S. Film Holland N.V. en firmant van het Flora Theater te Amsterdam, in de bestuursvacature bij de Stichting Bio-Vacantieoord, ontstaan door het tussentijds aftreden van de heer L. W. R. Meyer, directeur van de N.V. Filmex. Een nieuw ontwerp voor een verbeterde kader-annonce, waaraan de leden in principe goedkeuring hadden gehecht, nadat enige voorgestelde wijzigingen waren geaccepteerd, is in de Jaarvergadering officieel goedge- keur en intussen gepubliceerd. De vergade ring sprak haar waardering uit voor de bereikte vormverbetering en bezuinigingen. Ook in onze afdeling zijn de plannen tot wijziging van de structuur van de Bond meermalen onderwerp van bespreking ge weest. In het algemeen waren de leden wel gepor teerd voor een onderzoek. De Afdeling Amsterdam sloot zich aan bij een voorstel van de Afdeling Rotterdam om het Hoofdbestuur te verzoeken de kwes tie van de structuurherziening en het bonds voorzitterschap in handen te geven van een speciaal te benoemen studiecommissie, die te zijner tijd rapport zou moeten uitbrengen aan het Hoofdbestuur. De Afdeling ging accoord met het voorstel van het Hoofdbestuur aan de Ledenver gadering van de Bond om in het Uniform Reglement voor de Provinciale- en Plaatse lijke Afdelingen de termijn te verlengen, waarbinnen het Hoofdbestuur zijn bevoegd heid tot het vernietigen van afdelingsbeslui- ten moet uitoefenen, gekoppeld aan het ver vallen van de schorsingsbevoegdheid van het Dagelijks Bestuur. Verder kon de Afdeling zich verenigen met de voorstellen, die het Hoofdbestuur eind oktober 1966 bij de Ledenraad had aan hangig gemaakt tot wijziging van artikelen 1, 10B en 12A van het Algemeen Bedrijfs- reglement, alsmede de voorstellen tot vast stelling van een nieuw Bedrijfsbesluit terzake van de Filmvertoning, een nieuw Bedrijfs besluit inzake de Programmering en een nieuw Bedrijfsbesluit op de Filmrapporten. Alleen werd met betrekking tot de wijzi ging van de samenstelling der nieuwe zaken- commissies in de ledenvergadering bezwaar gemaakt tegen de ook in het oude regle ment vervatte beperking op de benoembaar heid van leden-bioscoopexploitanten. Het Afdelingsbestuur zegde toe dit in de Afde lingsraad ter sprake te brengen en er op aan te dringen zo mogelijk te bevorderen dat die beperking te zijner tijd zou worden opge heven. De Afdeling is, ondanks het feit, dat de exploitatie-uitkomsten geen gelijke tred hou den met de stijging van lasten, accoord ge gaan met de voorstellen van de Sociale Commissie tot verhoging van lonen en de vacantietoeslag van het bioscooppersoneel. In juli kwam het Bestuur in spoedvergade ring bijeen naar aanleiding van de sluiting van een der buurtzaken wegens financiële moeilijkheden, teneinde te onderzoeken of hieraan iets was te doen. Het Bestuur kwam tot de conclusie, dat het geen middelen had om invloed uit te oefenen op de gang van zaken van bedoelde bioscoop. De Vice- Voorzitter, de heer W. K. G. van Royen, had hierin evenwel aanleiding gezien, om in overleg met het Bestuur terug te komen op het in maart 1965 aan B. en W. der gemeente Amsterdam gedane verzoek van twaalf noodlijdende buurtzaken om deze zaken een jaarlijkse subsidie per zitplaats te verlenen, waarop het antwoord van B. en W. negatief was geweest. Bij schrijven van 15 juli wendde hij zich opnieuw tot B. en W. om erop te wijzen, dat de recente sluiting van vier van de twaalf bioscopen aantoonde, dat de vrees, dat een aantal zaken verloren zou gaan in dien geen hulp werd verleend, destijds niet op losse gronden was geuit. Hij drong er derhalve op aan, te overwegen of aan de overige acht zaken alsnog hulp zou kun nen worden geboden, gezien de sociale functie die zij in de wijken van de hoofd stad vervullen. De nieuwe Wethouder van Financiën, Belastingen en Kunstzaken, de heer W. Polak Phzn, reageerde op korte termijn met een uitnodiging voor een onder houd, waaraan ook de Bondsdirecteur op verzoek van de heer Van Royen deelnam. In het verslagjaar kon deze aangelegenheid nog niet worden afgerond. Een punt van bespreking vormden ten slotte ook de plannen van de zijde van de reclame-exploitanten om een nieuw systeem voor de berekening van vertoningsprijzen van reclamefilms in bioscopen in te voeren. Gezien de bezwaren werd aangedrongen op nader overleg. De belangstelling van de Paroollezers voor de wekelijkse prijsvraag „Win een film" is opnieuw geactiveerd door de medewerking van de leden der Afdeling Amsterdam aan een gewijzigde prijs in de vorm van een wekelijks abonnement voor dertien films in dertien verschillende bioscopen. Deze prijs-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1966 | | pagina 68