Deze cijfers spreken een duidelijke taal.
Hoewel de aangeboden films in overeen
stemming met de geest van de tijd zeker
vrijmoediger zijn geworden, blijkt uit de
keuringscijfers niettemin, dat de keurders
de aansluiting met de eigen tijd meer en
meer missen.
Dat kan men ook uit de verdeling over de
verschillende leeftijdsklassen opmaken. Het
totaal aantal gekeurde hoofdfilms is ge
stegen van 488 tot 517. Het aantal films
toegelaten voor alle leeftijden is echter ge
daald van 99 naar 81; dat van de categorie
boven veertien jaar is gedaald van 183 naar
167. Daarentegen is het aantal voor perso
nen boven achttien jaar toegelaten films
gestegen van 206 naar 251. Het aantal
films, gerangschikt in de categorie van ar
tikel 1, lid 2, 2e van de Bioscoopwet is ge
daald van 58 naar 41.
In het verslagjaar werd het Afdelingsbe
stuur gepolst over de wenselijkheid om bij
het ter keuring aanbieden van films tevens
te vragen, welke coupures bijvoorbeeld no
dig zouden zijn om bij een voor de groep
van achttien jaar en ouder toegelaten film,
toelating voor de groep van veertien jaar
te verkrijgen. Het Bestuur stond uiteraard
afwijzend tegenover dit denkbeeld, omdat
uitvoering ervan slechts tot toenemende
verminking van films zou kunnen provo
ceren.
RECETTECONTROLE NA AFSCHAFFING
DER VERMAKELIJKHEIDSBELASTING
De eventuele afschaffing van de vermake-
lijkheidsbelasting zal gepaard kunnen gaan
met enige complicaties ten aanzien van de
controle der bioscooprecettes als gevolg van
het verdwijnen der van de gemeenten betrok
ken en door de gemeente ook gecontroleer
de entreekaarten. Op last van het Hoofdbe
stuur zijn echter reeds de nodige voorberei
dingen getroffen om zodra de belasting is
verdwenen, over te gaan op entreekaarten,
welke vanuit een centraal punt worden ge
leverd en waarbij een eenvoudige en effi
ciënte controle verzekerd is. Het Bestuur
heeft daarover zijn voldoening uitgespro
ken. Wel blijven er nog enige wensen over,
die op een betere controle op bepaalde pun
ten gericht zijn. Het Bestuur is voorne
mens, zodra zich daartoe een geschikte ge
legenheid voordoet, daarop terug te komen.
ANNONCES
Op verzoek van het Hoofdbestuur heeft het
Bestuur op 26 augustus de leden in verga
dering bijeengeroepen om overleg te plegen
over de samenstelling der advertenties, die
in sommige gevallen strijdig werd geacht
met de algemene bedrijfsbelangen. Van de
zijde van het Bestuur is aangedrongen op
matiging en op het vermijden van alles,
wat indruist tegen de goede smaak. De le
den hebben hun medewerking toegezegd.
Een zekere verbetering van de annonces,
ook uit reclametechnisch oogpunt, is onge
twijfeld aan de dag getreden.
WEGKNIPPEN VAN BEELDJES
In het verslagjaar bereikten het Bestuur
klachten van filmverhuurders zowel als van
bioscoopondernemers, dat films worden
verminkt en ontluisterd, doordat sommige
operateurs beeldjes of scènes voor eigen
gebruik verwijderen. Het Bestuur heeft
daarom de leden geadviseerd in de film
dozen een gedrukte waarschuwing te plak
ken. Die waarschuwing wijst erop, dat het
verminken van een film in strijd is met
artikel 25 der Auteurswet en dat het knip
pen van een of meer beeldjes uit een film
bovendien diefstal is, waartegen met de
middelen der wet zal worden opgetreden.
FILMHUURSCHULD-COMMISSIE
In het verslagjaar verzond de Filmhuur-
schuld-Commissie 1021 sommaties (in 1967:
774) nopens recettestaten en filmhuurbeta-
lingen, betrekking hebbende op een totaal
filmhuurbedrag van 189.849,68 (in 1967:
ƒ177.645,79). De boycotmaatregel werd 31
maal uitgevaardigd tegen 23 maal in het
jaar daarvoor.
KERST- EN NIEUWJAARSWEKEN
Met het oog op de te verwachten film-
transportmoeilijkheden op woensdag, 25
december en woensdag, 1 januari heeft het
Afdelingsbestuur het Hoofdbestuur reeds
vroegtijdig geadviseerd de vertoningsweken
als volgt in te delen: a. van donderdag 19
december tot en met dinsdag, 24 december;
b. van woensdag 25 december tot en met
dinsdag, 31 december en c. van woensdag,
1 januari tot en met woensdag, 8 januari.
Na overleg met de vertegenwoordiging der
leden-exploitanten heeft het Hoofdbestuur
de indeling overeenkomstig het advies van
het Afdelingsbestuur vastgesteld. Met vol
doening moge geconcludeerd worden, dat
van bijzondere transportmoeilijkheden tij
dens de Kerst- en Nieuwjaarsweken niets is
gebleken.