Opleiding technisch bioscooppersoneel bruari des avonds tegen zes uur de laatste ledenvergadering der Afdeling Het Cen trum. Een woord van erkentelijkheid en dank voor het vele werk dat hij in het be lang van de Bond en deze afdeling heeft verricht is in dit verslag zeker op zijn plaats. Het bestuur der Afdeling bestond in het jaar 1968 uit de volgende personen: A. F. Wolff, voorzitter; J. Nijland, vice-voorzitter; J. van Willigen, secretaris; J. van Tellingen, penningmeester en S. Spanjaart, lid. In de Afdelingsraad hadden zitting de heren: A. F. Wolff, S. Spanjaart en J. van Willi gen. Het verslag wordt besloten met een over zicht tot eind 1968 betreffende de wijzigin gen die zich voordeden in de exploitatie vorm van de ondernemingen, die tot 1 ok tober onder onze afdeling vielen, alsmede van de overledenen. VERANDERINGEN In het verslagjaar gingen van ons heen de heer D. M. Boon, exploitant van het Royal Theater te Schagen, Mevrouw G. Mantjes- Kuilman, exploitante van het Olympia Thea ter te Utrecht en de heer Th. P. M. Ruys, directeur van de N.V Figi te Zeist. Opgeheven werd de Witte Bioscoop te Be verwijk. De heer J. J. B. M. Diesfeldt nam het bioscoopbedrijf van de heer G. N. Th. Diesfeldt te Bergen aan Zee over. De heer S. Spanjaart zette de exploitatie voort van de Corso Cinema te Wormerveer, welke voorheen door de heer J. C. Woud werd gedreven. De heer G. A. Visser te Baarn nam de exploitatie van het Victoria Theater te Hoorn over van de heer O. H. J. van Os. De heer E. Wierda zette de exploitatie voort van Bio Rhenen te Rhenen van de firma Arfi. De heer J. W. A. Weber nam de bioscoopexploitaties Tivoli en Witte te Den Helder over van de N.V. Tivoli Bio scoop. Hij opende tevens in Den Helder het nieuw gebouwde Rialto Theater op 5 september. De heer N. Kluft, exploitant van het Marquette Theater in een patroonaats- gebouw te Heemskerk, opende op 12 de cember zijn nieuw gebouwde Marquette Theater aan de Ruysdaelstraat te Heems kerk. Mogen deze voormalige afdelingsle- den met hun nieuwe bioscoopexploitaties veel succes boeken. Ik besluit dit verslag met het uitspreken van de hoop, dat de leden der voormalige Afdeling Het Centrum in de nieuwe Bonds constellatie tot de gewenste vruchtbare or ganisatorische samenwerking zullen kunnen komen. J. van Willigen, secretaris. Gedurende dit verslagjaar bedroeg het ge middelde aantal kursisten per maand 66 tegen 64 in het voorafgaande jaar. Ook het aantal nieuwe operateurs steeg enigermate namelijk van 56 in de periode 1966/1967 tot 59 in het lopende verslagjaar. Deze laat ste gegevens zijn gebaseerd op de uitge reikte werkboekjes, die niet altijd onmiddel lijk worden aangevraagd, waardoor ver schuivingen kunnen optreden. Gewoonlijk zijn deze echter gering. BESTUUR Er werd tijdens het verslagjaar 1 Bestuurs vergadering gehouden en wel op 24 april 1968. Naast de gebruikelijke jaarstukken, die ongewijzigd werden goedgekeurd, zijn tot leden van de kommissie die de schrifte lijke examenopgaven vaststelt, benoemd de heren J. B. Berman, W. J. M. Jansen, J. H. van Peursem en L. Claassen, Sekretaris. Als plaatsvervangend lid is benoemd de heer E. F. Henny. Voorts is gesproken over de toenemende automatisering in bioscopen en over de vraag of als gevolg daarvan wijzigingen in de kursus zouden moeten worden aange bracht. Zulks werd nog niet onmiddellijk noodza kelijk geacht en er is besloten op deze ma terie attent te blijven en zo nodig kontakt op te nemen met de Technische Commissie van de Nederlandse Bioscoopbond. Met betrekking tot de herziening van de tekst van de installatievoorschriften op ba sis van de nieuwe voorschriften NEN 1010, kan worden gerapporteerd dat het her schrijven van de tekst door de heer P. H. A. Tankester tegen het einde van het verslag jaar was voltooid. Het is de bedoeling de nieuwe lessen, voorlopig in gestelcilde vorm, in de loop van het komende verslag jaar in gebruik te nemen. Tenslotte dient onder dit hoofdstuk te wor den vermeld, dat het Hoofdbestuur van de Nederlandse Bioscoopbond de gezamenlijke Bestuursleden heeft herbenoemd, zodat het

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1968 | | pagina 75