Nieuwe zaken en Bedrijfsreglster Het Hoofdbestuur herbenoemde de zitting hebbende leden en plaatsvervangende leden der Commissie Nieuwe Zaken, behoudens de Voorzitter, Mr. B. Bouman, in aanmerking nemende diens hoge leeftijd. In zijn plaats benoemde het met ingang van 1 oktober de heer Drs. F. L. Schimsheimer, tot dan toe plaatsvervangend voorzitter. De Commissie leed een gevoelig verlies door het onverwacht overlijden op 26 no vember van de heer M. J. W. Peters, die een zeer gewaardeerd lid was sedert 1957. De samenstelling van de Commissie was aan het eind van het verslagjaar aldus: Drs. F. L. Schimsheimer, Voorzitter; C. J. Blad, lid-bioscocpexploitant; (vacature M. J. W. Peters); I. Keizer, R. Nassette en J. van Willigen, plaatsvervangende leden-bioscoopexploitanten; L. J. Paerl en J. P. M. A. Smulders, leden-filmver- huurders; H. N. de Haan, R. A. H. Herzet en G. J. J. M Raucamp, plaatsver vangende leden-filmverhuurders/producent. De heer A. H. Pieterse was secretaris. WERKZAAMHEDEN COMMISSIE NIEUWE ZAKEN Dat er in het algemeen onder de huidige omstandigheden weinig animo bestaat voor de vestiging van nieuwe bioscopen kwam overduidelijk tot uiting in de be perkte werkzaamheden der Commissie. De aanvragen voor nieuwe bioscopen maakten immers voorheen steeds het leeuwedeel van haar arbeid uit. De Commis sie kwam in 1970 slechts tweemaal bijeen en wel op 19 augustus onder leiding van Mr. B. Bouman en op 21 december voor het eerst onder voorzitterschap van Drs. F. L. Schimsheimer. Er kwamen in die twee zittingen drie aanvragen aan de orde, betrekking hebbende op twee nieuwe permanente bioscopen en een filmproduktiezaak (bedrijfstakken a en c). De Commissie verleende aan de N.V. Cineproductie te Amsterdam de gevraagde toestemming tot het exploiteren van een filmproduktiezaak voor speelfilms en kor te films. Deze aangelegenheid betrof een voortzetting van de enige jaren geleden aangehouden behandeling van de oorspronkelijk door de directeur J. Vrijman inge diende aanvrage. Aan de Belegging- en Beheermaatschappij Velasquez (onder directie van de heren Hofman en Meerburg) verleende de Commissie toestemming tot het exploiteren van een nieuwe permanente bioscoop-A onder het Kunstcentrum aan de Lijnbaan 120 te Rotterdam. De derde aanvraag betrof een verzoek om toestemming tot het exploiteren van een permanente bioscoop-A. Dit verzoek is door de Commissie aangehouden, omdat onvoldoende gegevens voorhanden waren als grondslag voor het nemen van een beslissing krachtens het Algemeen Bedrijfsreglement. Tegen de beslissingen der Commissie werd geen beroep ingesteld bij de Commissie Beroep Nieuwe Zaken. COMMISSIE BEROEP NIEUWE ZAKEN De Commissie bestond uit de heren Mr. J. A. van Lanschot Hubrecht, Wassenaar, Voorzitter; Mr. A. Greebe, Voorburg, Vice-Voorzitter; W. F. Dubbeldeman, Am sterdam, C. S. Roem, Den Haag en Drs. E. H. Scherks, Utrecht, leden, en Mr. M.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1970 | | pagina 25