lijkheid te worden onderzocht van het aantrekken van nieuwe financiële middelen, opdat de werkzaamheid van de organisatie op het gebied van onderzoek en voor lichting in continuïteit kan plaatshebben. De persdienst heeft in het afgelopen jaar weer een uitgebreid contact gehad met pers, televisie en radio. De pers werd wekelijks voorzien met gegevens omtrent lan delijke en plaatselijke filmpremières, alsmede daarop aansluitende prolongaties. Ook verschafte de persdienst documentatie omtrent nieuwe films. In het kader van de maatregelen op het gebied van de stimulering van filmbelangstelling en bios coopbezoek moet de persdienst als een bijzonder belangrijke schakel worden aan gemerkt. Ter verkrijging van een optimaal nuttig effect is het noodzakelijk dat het samenspel tussen de persdienst en de bedrijfsgenoten nog wordt versterkt. De omzetten van de geschenkbonnen voor bioscoopbezoek, die in waarden van 3,en 6,van Bondswege worden uitgegeven, hebben zich in 1970 ongeveer op het niveau gehandhaafd van de voorafgaande jaren. Daaruit blijkt, dat de bon in een permanente behoefte voorziet. BONDSCONGRES Een van de basisgedachten die ten grondslag heeft gelegen aan de herstructurering van de Bond enige jaren geleden, bestond hierin, dat door een voortdurende uit wisseling van gedachten tussen de leden onderling en tussen de leden en de Bonds organen een wezenlijke bijdrage zou kunnen worden geleverd tot een moderne en frisse aanpak van de zo gecompliceerde bedrijfsproblematiek. Het lag voor de hand, dat men daarbij ook dacht aan de congresvorm. Deze gedachte is uitgekris talliseerd in artikel 3 van de statuten, waarin sprake is van het periodiek houden van congressen. Het eerste Bondscongres in de zin van artikel 3 der statuten werd op 10 november in het Nederlands Congresgebouw te Den Haag gehouden. Het Hoofdbestuur be noemde een commissie, bestaande uit de heren J. Nijland, J. van Willigen, leden van het Hoofdbestuur, en J. Th. van Taalingen, Bondsdirecteur, die tot taak kreeg een plan te ontwerpen, behelzende de verschillende programma-onderdelen en een schematische opzet van de congresdag. Het Hoofdbestuur kon zich met de gede tailleerd uitgewerkte plannen van de commissie verenigen. Daarbij was de commis sie uitgegaan van de gedachte, dat de programmering moest zijn afgestemd op praktische zaken, waarmede de leden bij de bedrijfsvoering plegen te worden ge confronteerd. Het congres ving op dinsdag 10 november aan met een ontvangst des ochtends om 9.00 uur van de congresdeelnemers, die daarbij in de gelegenheid werden gesteld een tentoonstelling te bezichtigen, gewijd aan automatisering en automaten. Deze expositie, die de gehele congresdag in de foyer rond de congreszaal was opgesteld, bleek een succesvol onderdeel van het programma uit te maken. Zij gaf een goed inzicht in hetgeen tegenwoordig op het gebied van de automatisering van de cabi ne, de kassa en de verstrekking van consumpties voorhanden is. Een dertiental le veranciers, voor een belangrijk deel bestaande uit leden en donateurs, waren bij deze expositie betrokken. Het officiële openingswoord werd gesproken door de Bondsvoorzitter, de heer J. G. J. Bosman, die de 350 congresdeelnemers een har telijk welkom toeriep. Hij verheugde zich over de massale opkomst bij dit eerste Bondscongres, dat hij bestempelde als een confrontatie met de bedrijfspraktijk van nu en morgen. Hij legde daarna de leiding van het congres in handen van de heer J. Nijland.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1970 | | pagina 40