De opbrengst van de Kerstcollecte aan het einde van het verslagjaar bedroeg, be
houdens nog aan te brengen kleine correcties, 275.000,tegen 287.000,in
1969. Het bioscooppubliek heeft daarmede wederom zijn sympathie getoond voor
het werk ten behoeve van het minder-valide kind, dat door het Bio-Revalidatie-
centrum te Arnhem met de daaraan verbonden mytylschool wordt verricht.
Het Bestuur van de Stichting Bio-Vacantieoord was einde 1970 samengesteld uit
de heren M. Gerschtanowitz, voorzitter, J. G. J. Bosman, vice-voorzitter, A. F.
Wolff, secretaris, P. Nassette, penningmeester, C. J. Blad, gedelegeerde, S. Barn-
stijn, C. van Liere, Joh. Miedema, W. K. G. van Royen, J. Santé Thedinga, W. G.
Veldhuizen en C. van Willigen. In de vacature, ontstaan door het overlijden van de
heer M. J. W. Peters te Venlo, werd in het verslagjaar niet meer voorzien.
REGLEMENT OP HET NAAMREGISTER
Het aantal ter inschrijving in het register aangeboden filmtitels daalde opnieuw en
wel van 416 in 1969 naar 359 in het jaar 1970. Daaronder bevonden zich 59
naamsveranderingen, weshalve geconcludeerd kan worden, dat er voor driehon
derd films een titel werd gedeponeerd.
Een filmverhuurder deed een beroep op het Hoofdbestuur om de inschrijving te
weigeren van een filmnaam die zijns inziens een verwarring scheppende overeen
komst vertoonde met een reeds ingeschreven titel. Het Hoofdbestuur achtte onvol
doende termen aanwezig om de nieuwe filmnaam te weigeren, doch aan zijn besluit
tot inschrijving verbond het wel de voorwaarde, dat in alle aankondigingen bij de
Nederlandse filmnaam ook de sterk afwijkende buitenlandse titel duidelijk zou
worden vermeld.
Andere bezwaren tegen nieuwe filmnamen konden door intermediair van het
Bondsbureau worden opgelost.
COMMISSIE VOOR NIET-COMMERCIËLE RECLAME
De samenstelling der Commissie moest door het aftreden van twee leden worden
gewijzigd. Zij bestond uit de heren G. van den Brink, G. A. K. Eerdmans, N. F.
van Ewijk en B. W. G. van Royen. In plaats van wijlen de heer R. Meyer werd de
heer C. S. Roem benoemd als toegevoegd lid voor de beoordeling van zogenaamde
sponsored films.
Er werden geen aanvragen tot verwerving van vertoningsprijsreducties ingediend.
LIJST VAN GEEN BEZWAAR
Het aantal aanvragen betreffende de Lijst van Geen Bezwaar bedroeg dit jaar
745 tegen 883 in 1969. Hierbij zijn inbegrepen 49 (1969: 62) aanvragen voor
televisie-uitzendingen. In 165 gevallen (76 in 1969) werd de plaatsing gewei
gerd. Bij deze aantallen zijn niet inbegrepen de leveranties via de Stichting Neder
lands Filminstituut. De levering van films ten behoeve van leger, marine en lucht
macht geschiedde op de gebruikelijke wijze krachtens de met het Centraal Film-
bureau der Krijgsmacht getroffen regeling. Einde 1970 waren 11 filmproducenten
door het Hoofdbestuur op de Lijst van Geen Bezwaar geplaatst, zulks conform het
advies van het Bestuur der Bedrijfsafdeling Filmproduktie. Deze plaatsingen ge
schiedden voor een tijdvak van een jaar, ongeacht de mogelijkheid van prolongatie.