Bedrijfsafdeling Filmproduktie
ger beroep bij de'Commissie Beroep Nieu
we Zaken ingesteld. Bij de behandeling van
het beroep heeft de heer J. de Wilde het
beroep nader toegelicht. Het beroep werd
verworpen.
Het heeft geen zin, nu deze beslissing on
herroepelijk is geworden, een overzicht te
geven van de bezwaren van het Afdelings
bestuur. Wel werpt deze beslissing de vraag
op, of de toelatingsnormen van artikel 8A
van het Algemeen Bedrijfsreglement nog
wel passen bij de situatie, waarin ons be
drijf bij een sterk afgebrokkelde markt zich
bevindt.
CASSETTES
Hoewel in het Bedrijfsreglement Filmex-
ploitatierechten van 22 december 1964
reeds de nodige voorschriften zijn uitge
vaardigd, die het gevaar van exploitatie van
sommige filmrechten door andere dan de
normale importeur van de film onmogelijk
moeten maken, heeft het Bestuur het met
het oog op de ontwikkeling van filmcas-
settes nodig geacht nog eens de aandacht
van de filmverhuurders te vestigen op de
ze voorschriften en de clausules, die in de
licentiecontracten moeten worden opge
nomen.
FILMBEURS
De Filmbeurzen van Pasen, maandag 30
maart en Pinksteren, maandag 18 mei wer
den verschoven naar de daaropvolgende
dinsdag.
Zoals gebruikelijk werd er op de maandag
tussen Kerstmis en Nieuwjaar in het ver
slagjaar op 28 december geen beurs gehou
den.
Over het denkbeeld om in de maanden ju
ni, juli en augustus alleen op de eerste
maandag van de maand Filmbeurs te hou
den, waren de meningen verdeeld. Enige
maandagen in juli werden wel overgesla
gen.
PROGRAMMERING VAN DE
BIOSCOPEN BUITEN DE CENTRA
DER DRIE GROTE STEDEN
Het Hoofdbestuur, vernomen hebbende
dat er bij deze theaters moeilijkheden wa
ren ontstaan als gevolg van het onthouden
of blokkeren van bepaalde films, verzocht
het Bestuur van de Afdeling A en onze Af
deling met elkaar overleg te plegen, tenein
de na te gaan of er voor deze moeilijkhe
den een oplossing gevonden kon worden.
Ons Bestuur verklaarde zich daartoe bereid,
maar het verzocht het Bestuur van de Af
deling A enige concrete bezwaren te noe
men, die als uitgangspunt van een geza
menlijke bespreking zouden kunnen dienst
doen. De Afdeling A waren echter geen
concrete klachten bekend en het Bestuur
van deze Afdeling zou terzake inlichtingen
aan de desbetreffende leden vragen.
Bij het einde van het verslagjaar waren de
resultaten van deze enquête nog niet be
kend.
VOORUITZICHTEN
De ontwikkeling op het gebied van de in
ternationale filmproduktie is moeilijker dan
ooit te doorgronden. Het ziet er naar uit,
dat het debiet van de alleen op sex gerich
te films aan het tanen is, al wil dat aller
minst zeggen, dat de filmmakers afstand
zullen doen van hun vrijheid om sterk ero
tisch getinte scènes in hun films op te ne
men.
Het is misschien niet te gewaagd om te
veronderstellen, dat er ten aanzien van het
televisie kijken een zeker verzadigingspunt
nadert, waardoor althans de mogelijkheid
van een grotere geneigdheid tot bioscoop
bezoek bij de mensen boven dertig jaar kan
ontstaan. Of deze bereidheid in nieuw bios
coopbezoek zal worden omgezet, hangt
weer geheel af van hetgeen de bioscopen
aan programma's, die niet alleen voor de
groep van 15 tot 30 jaar bestemd zijn, te
bieden zullen hebben. Wij hopen, dat er
voldoende familiefilms van betekenis zul
len uitkomen om aan de nieuwe vraag te
voldoen.
H. W. Hagenberg, Secretaris
Het totaalbeeld van de filmproduktie was
in 1970 kwantitatief ongunstiger dan in het
voorgaande jaar, zoals blijkt uit een elders
in dit verslag opgenomen overzicht. Hoe
wel, gelet op de algemene prijsstijgingen,
verwacht kan worden dat de omzetten ten
opzichte van 1969 wel enigermate zullen
zijn gestegen nauwkeurige gegevens
staan thans nog niet ter beschikking is
het waarschijnlijk dat de kostenstijging gro-