zigd Reglement Filmvertoning. Deze amen dering kwam hierop neer, dat het aantal weken gedurende welke de bioscoopexploi tanten niet gebonden zouden zijn door de voorschriften van het reglement, zou wor den gebracht van drie op vijf. Bovendien zouden er naar de mening van de afdeling te allen tijde per bioscoop drie hoofdfilms per week mogen worden vertoond, ongeacht de mogelijkheid van het vertonen van extra films in ochtend-, middag- en nachtvoor stellingen. Tot dan toe was de vertoning van een derde hoofdfilm per week weliswaar toegestaan, doch uitsluitend op een van de laatste vier dagen van de vertoningsweek (zogenaamde cyclusvoorstellingen). De ver tegenwoordigers van de Afdeling A hebben de opvattingen van de afdeling ter kennis gebracht van de Exploitantenraad. Dit leid de tot de indiening van amendementen op het Hoofdbestuursvoorstel, die door de Bondsraad werden aanvaard. Met de voorstellen van het Hoofdbestuur tot vaststelling van een gewijzigd Reglement Programmering en tot wijziging van het Re glement van de Bedrijfsafdeling Bioscoop exploitanten ging de vergadering accoord. Ook stemde de vergadering in met de Hoofdbestuursvoorstellen tot intrekking van het Minimum-Prijzenreglement en het Prijs- bescherming-Reglement, reglementen die nog van voor de oorlog dateerden. De ledenvergadering handhaafde het reeds eerder ingenomen standpunt, dat een een heidsprijs per gemeente de voorkeur ver diende. Van dit standpunt van de vergade ring heeft de vertegenwoordiging van de Af deling A de Exploitantenraad in kennis ge steld. Er werd door de Exploitantenraad dienovereenkomstig een amendement inge diend, dat evenwel in de Bondsraad niet de vereiste meerderheid verkreeg. Over de vraag, of het reglement de bioscoopexploi tanten een verplichting zou moeten opleg gen om ook begeleiders van bejaarden tegen gereduceerde prijzen toegang te verle nen, bleek geen eenstemmigheid te heer sen. De Exploitantenraad diende een amen dement in op het Hoofdbestuursvoorstel, waarmede werd beoogd de verplichting uit sluitend te doen gelden ten opzichte van de bejaarden. Dit amendement is door de Bondsraad aangenomen. De afdelingsleden die in Rotterdam biosco pen exploiteren, zijn enige malen in verga dering bijeen geweest in verband met de gevolgen van de automatisering van de cabi nes voor de projectiereclame. Het reclame bureau, dat de projectiereclame van de over grote meerderheid der Rotterdamse biosco pen verzorgde, werkte met een roulatie systeem voor de diaprojectieplaten, dat in de praktijk uitstekend functioneerde. Door de cabine-automatisering zou het formaat van alle projectieplaten moeten worden ver kleind van 8,3 x 8,3 cm tot 7 x 7 cm, wilde het roulatiesysteem in de toekomst kunnen blijven werken. Omtrent de financiële conse quenties van een dergelijke algemene om wisseling bestond verschil van mening tus sen de Rotterdamse leden en het reclame bureau in kwestie. De besprekingen die naar aanleiding hiervan hebben plaatsgevonden, hebben eind 1970 geleid tot overeenstem ming tussen alle betrokkenen. Het Bestuur heeft zich, behoudens met de voorbehandeling van zaken die in de leden vergaderingen aan de orde kwamen, met verschillende andere problemen bezig ge houden. Het heeft onder meer zijn stand punt bepaald ten aanzien van een bij de Commissie Nieuwe Zaken ingediend ver zoek van de N.V. Beleggings- en Beheer maatschappij Velasquez om toestemming tot het gaan exploiteren van een nieuwe per manente bioscoop-A aan de Lijnbaan te Rot terdam. Dit verzoek is door de Commissie Nieuwe Zaken ingewilligd. Het Bestuur heeft zich enige vergaderingen bezig gehouden met het vraagstuk van de bioscoopannoncering, zulks naar aanleiding van een desbetreffende brief aan de Be drijfsafdeling Filmverhuurders, waarmede een aantal gedachten dienaangaande werd gelanceerd. Als gevolg van de gecompli ceerdheid van het vraagstuk heeft het Be stuur de behandeling ervan in het verslag jaar nog niet afgerond. ALGEMEEN Voor het eerst sinds jaren heeft de daling van het aantal bezoekers zich in veel gerin gere mate gemanifesteerd. Het bezoek in Amsterdam daalde in 1970 ten opzichte van 1969 met 1,2% tegen een daling van 8,6% het jaar daarvoor. Voor Den Haag lag de daling ten opzichte van 1969 op 4,9% (11,9% het jaar daarvoor) en voor Rot terdam op 0,9% (10,6% het jaar daar voor). In het aantal bioscopen dat van de Afde ling A deel uitmaakt, is in 1970 geen ver andering gekomen. In Amsterdam is welis waar het Ambassade Theater gesloten, doch daar staat de vestiging van het nieuwe Lijnbaan Theater in Rotterdam tegenover. In Amsterdam waren eind 1970 36 biosco pen gevestigd, in 's-Gravenhage 25 biosco pen en in Rotterdam 22 bioscopen. Het pro ces van renovatie van bioscopen werd in 1970 voortgezet. Zo kan melding worden

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1970 | | pagina 77