Bedrijfsafdeling Filmverhuurders
wensen te huren voor het organiseren van
een verenigingsvoorstelling, meer moeten
betalen dan de vereniging, wanneer die zich
voor dezelfde film op 16 mm-formaat wendt
tot een andere leverancier. Het gevolg hier
van is, dat zij een zodanige zaalhimr moe
ten vragen, dat de verenigingen de voorstel
ling liever zelf organiseren met een smal-
film.
Besloten werd ook dit punt in januari na
der onder de loep te zien en zonodig met
de filmverhuurders te bespreken.
SLOTOVERZICHT
Zowel het Bestuur als de Exploitantenraad
hadden in het afgelopen jaar bemoeienis
met aangelegenheden van andere aard, zo
als een wens van een der afdelingen om aan
ereleden spreekrecht te verlenen tijdens ver
gaderingen van de Bondsraad. Uit de dis
cussie bleek, dat men daarvoor in meerder
heid niet geporteerd was vanwege prakti
sche en principiële bezwaren. Het resultaat
was, dat in het Hoofdbestuur zou worden
verzocht om indien een erelid zich met be
trekking tot een bepaalde aangelegenheid
tot genoemd college zou wenden met het
verzoek zijn standpunt in de Bondsraad
kenbaar te mogen maken, dit verzoek in
overweging te nemen. De Raad adviseerde
het Hoofdbestuur voorts op de gebruikelij
ke wijze met betrekking tot de benoeming,
respectievelijk herbenoeming van leden in
diverse Bondscolleges. Enige leden drongen
aan op bevordering van de doorstroming
van leden in die colleges. Er werd op ge
wezen, dat daarnaar al was gestreefd blij
kens het feit, dat in sommige commissies
al eerder nieuwe leden waren benoemd.
Verscheidene leden hadden aanvankelijk
met moeilijkheden te kampen bij de verkrij
ging van entreekaarten bij de daarvoor
door de Bond aangewezen leverancier.
Door het Bondsbureau werden tijdelijke
voorzieningen getroffen, waardoor een buf
fervoorraad kon worden gevormd voor
spoedbestellingen. De problemen die zich
aanvankelijk voordeden zijn daardoor in de
tweede helft van het jaar op bevredigende
wijze opgelost. De levering van entreebewij
zen leek allengs soepeler te verlopen.
Voorts heeft de Raad, respectievelijk heeft
het Bestuur acte de présence gegeven bij
herdenkingen, jubilea en sterfgevallen.
Amsterdam, 12 april 1972
A. H. Pieterse, Secretaris
ALGEMEEN PROGRAMMERING
Niet geheel onverwacht blijkt het jaar 1971
een kentering te hebben gebracht, waardoor
de daling van het bioscoopbezoek voor het
eerst sedert 1956 niet alleen tot staan is
gekomen, maar in een forse stijging is om
gezet. De daarmee gepaard gaande relatief
nog sterkere stijging der bioscooprecettes
heeft voor verschillende van onze leden de
broodnodige hogere inkomsten aan filmhuur
opgeleverd.
De laatste jaren doet zich echter het ver
schijnsel voor, dat een betrekkelijk klein aan
tal hoofdfilms een toenemend groot aan
deel in de totale omzet oplevert. Vooral
de beide Nederlandse hoofdfilms "Wat zien
ik" en "Blue Movie" zijn hiervan frappante
voorbeelden. Niet minder dan 26,9 van
de totale omzet is in het verslagjaar bereikt
met tien films. Lang niet alle leden-film-
verhuurders hebben van de opleving geprofi
teerd. Sommigen hebben zelfs door het gro
te verlies van speeldata aan hen, die de
topfilms in handen hebben, hun omzetten
zien teruglopen.
Met het inwerkingtreden van het nieuwe
Reglement Filmvertoning op de eerste dag
van het verslagjaar is aan de bioscoopex
ploitanten het recht toegekend om in af
wijking van de reglementaire beperkingen
gedurende vijf vertoningsweken per jaar:
a. niet één, maar twee of meer hoofdfilms
per voorstelling te vertonen en b. om op
eenzelfde avond meer dan één hoofdfilm te
vertonen. Het Reglement heeft bovendien
aan de bioscopen ressorterende onder de
Afdeling D het recht toegekend om gedu
rende vertoningsweken, waarin uitsluitend
op zaterdag en zondag of op één dier dagen
hoofdfilms worden vertoond, hetzij op za
terdagavond, hetzij op zondagavond twee
hoofdfilms te vertonen, mits deze hoofd
films van eenzelfde verhuurder worden be
trokken.
Het in de jaren na 1945 ingenomen stand
punt, dat per voorstelling en per avond
niet meer dan één hoofdfilm per bioscoop
zal worden vertoond, is hierdoor voor het
eerst zij het slechts voor een beperkt aan
tal weken en mogelijkheden facultatief
gesteld. Uiteraard hebben onze Afdelings-