leden de toepassing van de nieuwe vrijheden
nauwlettend gadegeslagen, aangezien over
matig gebruik geenszins onmogelijk werd ge
acht.
Er is echter slechts weinig gebruik gemaakt
van de nieuwe mogelijkheden. Bij de toe
passing hebben zich ook geen moeilijkheden
voorgedaan. Toen het Hoofdbestuur dan ook
voorstelde het Bedrijfsreglement Filmver
toning voor onbepaalde tijd te prolongeren,
is daartegen van de zijde der filmverhuur
ders geen bezwaar gemaakt. Derhalve heeft
de Bondsraad op 14 december het voorstel
van het Hoofdbestuur goedgekeurd.
ADVERTENTIES
Reeds in het jaarverslag over 1970 hebben
wij melding gemaakt van het vraagstuk van
het systeem van adverteren, zoals de leden
exploitanten in vele gevallen met financiële
medewerking van de leden-verhuurders in
de grote steden sinds jaar en dag toepassen,
waarbij het Afdelingsbestuur het oog heeft
gericht op een aanpassing van het adver
teren aan meer moderne opvattingen op
reclamegebied. Het Bestuur der Bedrijfsaf
deling Filmverhuurders had al in 1970 ter
zake contact opgenomen met het Bestuur
der Afdeling A en daarbij, als voornaamste
punten, die ter overweging in aanmerking
komen, genoemd: a. het verschuiven van de
annonces in de ochtendbladen van woens
dag naar donderdag; b. het niet meer op
dezelfde dag publiceren van kaderannonces
èn steunadvertenties; c. het verdelen van
de steunadvertenties in kleiner formaat over
verschillende dagen met handhaving van het
gehanteerde advertentiebudget. In het jaar
1970 was het niet tot een samenkomst der
beide Afdelingsbesturen gekomen teneinde
deze ideeën te bespreken.
Daartoe is het evenmin in 1971 gekomen.
Wel heeft het Bestuur der Afdeling A aan
vankelijk medegedeeld, dat het nog geen
vastomlijnd standpunt heeft bepaald en dat
het voornemens is de behandeling van het
vraagstuk voort te zetten. Dat resulteerde
echter in een bericht, dat het Bestuur der
Afdeling na intern beraad tot de conclusie
was gekomen, dat er geen basis voor een
vruchtbare gedachtenwisseling over het ad
vertentievraagstuk aanwezig bleek te zijn.
Gelukkig is het daarbij niet gebleven. Bij
nader overleg tegen het einde van het ver
slagjaar verklaarde het Bestuur der Afdeling
A zich tegenover de Voorzitter der Bedrijfs
afdeling Filmverhuurders alsnog bereid tot
de gewenste gedachtenwisseling. In het ver
slagjaar was daartoe echter geen tijd meer.
Verwacht mag worden, dat het jaar 1972
eindelijk tot het gewenste resultaat zal lei
den.
WIJZIGING ALGEMEEN BEDRIJFS
REGLEMENT
Bij het pakket voorstellen van het Hoofd
bestuur tot wijziging van het Algemeen Be
drijfsreglement bevond zich ook een voor
stel, waarbij aan reizende bioscopen ver
boden zou worden, om in gemeenten, waar
een of meer permanente bioscopen worden
geëxploiteerd, voorstellingen te geven op
plaatsen, die minder dan 5 km zijn ver
wijderd van de dichtstbijzijnde bioscoop in
de desbetreffende gemeente.
Op voorstel van het Afdelingsbestuur heeft
de ledenvergadering der Afdeling tegen deze
formulering bezwaar gemaakt. Volgens het
Bedrijfsbesluit inzake Reizende Bioscopen
zijn de leden-filmverhuurders immers be
voegd om een film aan een reizende bio
scoop te verhuren ter vertoning in een plaats
waar een of meer permanente bioscopen zijn
gevestigd, nadat drie maanden zijn verstre
ken sedert het uitkomen van die film in
Nederland is aangekondigd, zonder dat met
een der in die plaats permanent gevestigde
bioscopen een huurovereenkomst voor die
film is tot stand gebracht. Hoewel de film
verhuurders slechts hoogst zelden van dit
recht gebruik hebben gemaakt, waren zij
allerminst bereid er afstand van te doen en
daarop zou immers het inachtnemen van
een 5 km afstand zijn neergekomen. Geluk
kig bleek noch het Hoofdbestuur noch de
Bondsraad de bedoeling te hebben de voren-
omschreven bevoegdheid aan de leden-film
verhuurders te ontnemen. In zijn vergade
ring van 14 december heeft de Bondsraad
nadrukkelijk vastgesteld, dat het nieuwe ar
tikel van het Algemeen Bedrijfsreglement in
kwestie geen afbreuk doet aan de bevoegd
heden welke de leden-filmverhuurders kun
nen ontlenen aan het Bedrijfsbesluit inzake
Reizende Bioscopen.
De verdere wijzigingsvoorstellen, onder an
dere betrekking hebbende op de normen
kredietwaardigheid, vakbekwaamheid en
hande'skennis waaraan aanvragen voor nieu
we zaken moeten worden getoetst, vonden
ook bij de leden-filmverhuurders instem
ming.
FILMBEURS
In de zomermaanden van het verslagjaar is
er alleen op de eerste maandag van de
maand Filmbeurs gehouden. Daartegen wer
den zowel door een aantal leden-exploitan-
ten als door verschillende leden-filmver-