Het Bondsbureau Algemeen Het Bondsbureau heeft als algemeen secreta riaat van de organisatie een omvangrijke taak. De secretariaatswerkzaamheden betreffen uiteraard met name de circa dertig besturen en commissies die in het Bondskader opereren. Daarnaast onderhoudt het Bondsbureau schrif telijke en mondelinge contacten van zeer ver scheiden aard met personen, bedrijven, instel lingen en organisaties, welke contacten niet rechtstreeks voortvloeien uit de functionering van besturen en commissies, doch een gevolg zijn van de centrale positie van de Bond. Boven dien vervullen directie en medewerkers van het Bondsbureau tal van secretariaatswerkzaam heden ten dienste van instellingen waarmede de Bond betrekkingen onderhoudt, zoals de Stichting Productiefonds voor Nederlandse Films, de Nederlandse Vereniging van Bio scoopreclame-exploitanten, de Inkoopstichting voor het Film- en Bioscoopbedrijf, de Stichting Internationale Filmweek Arnhem en de Stichting Cinemanifestatie. Het Bondsbureau fungeert tevens als centrale administratie wat de afrekenstaten der biosco pen betreft. Deze administratie, rond 50.000 af rekenstaten per jaar betreffende, vindt aan de ene kant plaats met het oog op de inning van Bondscontributie en Bumabijdragen, alsmede in verband met de bij reglement geregelde recettecontrole der bioscopen. Aan de andere kant worden de gegevens van de afrekenstaten mede aangewend ten dienste van de statistiek. Veel tijd en aandacht moest in het afgelopen jaar worden besteed aan de voorbereiding van het in dienst stellen per 1 januari 1978 van een moderne mini-computer ter vervanging van de huidige apparatuur. Het is de bedoeling, dat de nieuwe machine zowel de gegevens van de afrekenstaten zal verwerken als de groot boekadministratie van de Bond. Het Bondsbureau houdt zich voorts bezig met de interne en externe voorlichting door middel van jaarverslagen en circulaires, alsook door de verstrekking van gegevens en informaties ten behoeve van de publiciteitsmedia. Uiteraard speelt ook het Bondsorgaan „Film" hierbij een belangrijke rol, vooral sinds de verschijnings frequentie ervan sinds medio december 1976 werd opgevoerd van tweemaandelijks tot twee wekelijks. De sterke toeneming van het aantal nummers van „Film" betekent uiteraard een niet geringe verzwaring van de werkzaamheid van directie en medewerkers van het Bondsbureau. Einde 1977 waren op het Bondsbureau 25 per sonen werkzaam, onder wie een'part time kracht en een uitzendkracht. Het Bondsbureau stond onder leiding van de Bondsdirecteur, de heer J. Th. van Taalingen. Zijn naaste medewerkers op het secretariaat waren de dames Mr. C. A. Krietemeyer en M. C. Wolff-Snijder van Wissenkerke en de heren L. Claassen, B. J. Eldering, L. J..M. Geels, A. C. Nieuwland en A. H. Pieterse. Op het secretariaat waren voorts werkzaam de dames S. H. Dilg-Timmermans en E. A. T. de Vries. Als hoofd van de administratie en de recette- controledienst fungeerde de heer A. M. A. de Haan, registeraccountant. Hij wordt geassis teerd door Mej. R. J. C. Meulenberg en de heren R. P. Heek, J. L. Koolbergen, F. J. M. Perquin, J. C. Tadixz en Th. F. G. Vermeulen. Op de afdelingen postkamer en archief zijn werkzaam de heren J. A. Nijhof en A. F. J. Hek. Als telefoniste fungeert Mevr. S. Ch. Delorme- Bierling. De huishoudelijke dienst wordt ge vormd door de heer en Mevr. A. Kool, alsmede door Mevr. J. O Schoute-van Kalsbeek. De heer A. Hovenier fungeert als technisch inspec teur. Recettecontroledienst Gedurende het verslagjaar zijn door de Recette controledienst 199 controles bij leden-bio- scoopexploitanten ingesteld, waarbij naast de boekenonderzoeken in recette-administraties in toenemende mate zaalcontroles tijdens bioscoopvoorstellingen hebben plaatsgevon den. De werkzaamheden van deze controledienst van het Bondsbureau zijn uitgevoerd krachtens de opdracht van het Hoofdbestuur aan de dienst om zich te belasten met de feitelijke uit oefening van de in het Reglement op de Re cette-administratie belichaamde controle op de opbrengsten van hoofdfilmvertoningen in bioscopen. Behalve bepaalde zekerheden die de werkzaamheid van de dienst biedt omtrent de juistheid en volledigheid van gecontroleerde recetteverantwoordingen, is de preventie die voortvloeit uit het bestaan van zijn toezicht even eens bijzonder waardevol te achten. De onder zoekingen vanwege de dienst hebben In het verslagjaar onder meer geleid tot het opleggen door het Hoofdbestuur krachtens artikel 18 der Statuten aan een in overtreding bevonden lid- bioscoopexploitant van de straf van boete ten bedrage van 1.000, In de loop van het verslagjaar heeft het Hoofd bestuur de conclusies overgenomen uit het 43

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1977 | | pagina 42