Technische aangelegenheden Organisatorische contacten
Ook in 1978 heeft de stijging van het aantal ge
automatiseerde bioscopen zich voortgezet. Dit
uiteraard mede onder invloed van het relatief
grote aantal van 44 bioscopen dat gedurende
het verslagjaar werd geopend. Het aantal ge
automatiseerde bioscopen steeg van 227 tot
280. Het aantal half-geautomatiseerde installa
ties steeg minder snel, namelijk van 56 tot 61,
waardoor het totaal aantal geautomatiseerde
bioscopen op 31 december van het verslagjaar
341 beliep, zijnde circa 70% van het totaal aan
talbioscopen.
In het aantal 70-mm installaties trad een lichte
daling op als gevolg van vervanging door auto
maten bij splitsing van bioscopen. Het resultaat
was dat op 31 december 31 bioscopen waren
uitgerust met een 70-mm installatie en 43 ande
re bioscopen met een inrichting voor electro-
magnetische geluidsweergave. Aangezien dit
ook bij 70-mm apparatuur mogelijk is, bedroeg
het totaal aantal bioscopen met magnetisch
geluid" 74.
Binnenland
a. Stichting Verenigd Nederlands Filminstituut
De Stichting Verenigd Nederlands Filminstituut
is een samenwerkingsorgaan van de stichtingen
Nederlands Filminstituut, Filmcentrum, Audio
visuele Vorming (voorheen Film en Jeugd),
Audio-visuele Dienst en Skoop. Zij heeft ten
doel door samenbundeling van krachten het
culturele werk op audio-visueel gebied in ons
land te versterken en uit te breiden. Er is een
speciale regeling getroffen tussen de Bond en
de Stichting Nederlands Filminstituut ter zake
van de filmlevering door leden van de Bond aan
de stichting in het kader van haar culturele
werkzaamheid. Het Hoofdbestuur van de Stich
ting Verenigd Nederlands Filminstituut en de
Raad van Beheer van de Stichting Nederlands
Filminstituut zijn uit dezelfde personen samen
gesteld, te weten Dr. J. E. Andriessen, voorzit
ter, Dr. J. C. C. Rupp, vice-voorzitter, J. Th. van
Taalingen, die de Bond vertegenwoordigt en de
functie van secretaris-penningmeester be
kleedt, Ch. Boost, Mr. J. Jacobs en J. M. Lüc-
ker. Dr. J. A. Hes is van beide stichtingen direc
teur.
De Technische Commissie bestond ook dit jaar
uit de heren W. J. M. Jansen, voorzitter, D. J. H.
Swart, C. L. Wirtz en L. Claassen, secretaris. Zij
kwam gedurende het verslagjaar 5 maal in ver
gadering bijeen ter beoordeling van 40 bouw
plannen voor nieuwe of inbouw bioscopen. Bij
de werkzaamheden op dit terrein werd steeds
gebruik gemaakt van de diensten van de techni
sche inspecteur,'de heer A. Hovenier.
Door de Technische Commissie zijn aan de
Commissie Nieuwe Zaken talrijke adviezen uit
gebracht, terwijl in vele gevallen, evenals in het
verleden ook aan de aanvragers van nieuwe
bioscopen schriftelijk adviezen werden verstrekt
over wijzigingen respectievelijk aanpassingen
van de voorgelegde bouwplannen. Er werd ook
dit jaar herhaalde malen vooroverleg gepleegd
met architectenbureaus, waardoor het niet is
voorgekomen dat bouwplannen op technische
grond totaal van de hand gewezen moesten
worden.
Anton Koolhaas
26