Bedrijfsafdeling Filmverhuurders 46 De Raad was aan het eind van het verslagjaar als volgt samengesteld: J. van Willigen, voorzitter; R. H. Gerschta- nowitz, C. A. Koppies en Mr. P. A. Meerburg namens de Afdeling A; J. van Dommelen, R. Nassette, L. van Praag en Drs. J. Ph. Wolft namens de Afdeling B; H. Miedema, Drs. M. Sanders, G. Schepel, Drs. C. A. Voskuil en W. C. Wert- wijn namens de Afdeling C; H. Holman, V. N. Reumer en E. Wierda namens de Afdeling D. Het bestuur van de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploitanten bestond uit de heren J. van Willigen, voorzitter; H. Miedema, vice-voorzitter, H. Holman, Mr. P. A. Meerburg en Drs. J. Ph. Wolff. Gedelegeerden in de Bondsraad volgens artikel 37 van het Reglement der Bedrijfsafdeling Bioscoopex ploitanten waren de heren O. B. W. Douwes Dekker (B), P. Vink (C)en S. M. Spanjaart(D). Óok dit jaar bestond ten aanzien van deze functie in de Afdeling A een vacature. Als waarnemend secretaris fungeerde mevrouw M. C. Snijder van Wissenkerke. Als gebruikelijk adviseerde de Raad het Hoofdbestuur met betrekking tot benoemingen van leden in de diverse reglementaire commissies. M. C. Snijder van Wissenkerke, secretaris INLEIDING In het verslagjaar daalde het bezoek in vergelijking met het jaar 1978 met 6,8%, doch in vergelijking met het jaar daarvoor betekentdit nog altijd een stijging van bijna 6%. De bruto-recettes daalden slechts met 0,2% ten opzichte van het jaar 1978. BESTUURS-ENLEDENVERGADERINGEN Het Bestuur kwam in het afgelopen jaar zes maal bijeen. Voorts vond nog een bespreking plaats van genoemd col lege met het Bestuur der Bedrijfsafdeling Bioscoopexploi tanten, en wel op 27 augustus 1979. Het Bestuur was op 31 december 1979 als volgt samen gesteld: P. Silvius, Voorzitter; A. J. J. Duyvesteyn, vice-voorzitter; J. Arkenbout, penningmeester; R. L. Paerl, Drs. W. J. A. van Roosmalen, B. H. Wilton en R. Wijsmulier, leden. De heer W. Hemelraad was gedelegeerde in de Bondsraad. Als secretaris fungeerde de heer A. C. Nieuwland. De periodiek aftredende bestuursleden J. Arkenbout, A. J. J. Duyvesteyn en P. Silvius werden bij enkele kandidaat stelling in de jaarvergadering van 18 april herkozen. De heer P. Silvius werd herbenoemd als voorzitter. Voorts herbenoemde het Bestuur de heer J. Arkenbout als pen ningmeester. Het periodiek aftredende bestuurslid P. J. N. R. Oomssteldezich niet herkiesbaar. In zijn plaats werd in de jaarvergadering bij enkele kan didaatstelling gekozen de heer R. L. Paerl. Terzake van de vacature van lid van het Hoofdbestuur, ontstaan door het periodiek aftreden van de heer Ooms, werd aan de Bonds raad een niet-bindende aanbeveling gedaan om daarin te voorzien door benoeming van de heer B. H. Wilton. Aan het einde van het verslagjaar hadden in het Hoofd bestuur zitting de heren P. Silvius, J. Arkenbout, B. H. Wilton en R. Wijsmulier; eerstgenoemde was qualitate qua lid van het Presidium. Er werden vier ledenvergaderingen gehouden. In de jaar vergadering kwamen aan de orde de reglementaire jaar stukken, welke werden goedgekeurd. Daarin vond ook plaats de voorziening in de vacatures, ontstaan door het periodiek aftreden der bestuursleden. De buitengewone te- denvergadering van 13 juni was speciaal uitgeschreven met het oog op de bespreking van de agendapunten en stukken voor de jaarvergadering van de Bondsraad. De voorstellen van het Hoofdbestuur, de financiële Bondsjaar stukken alsmede het Bon^sjaarverslag stuitten bij onze leden niet op bezwaren. De ledenvergadering steunde het voorstel tot herbenoeming van de heer J. Nijland tot Bonds voorzitter. Zij steunde eveneens het voorstel van het Hoofd bestuur om de heer P. J. N. R. Ooms te benoemen tot erelid van de Nederlandse Bioscoopbond. De overige punten zijn opgenomen onder de andere hoof den inditverslag. FILMHUURSCHULD-COMMISSIE De Filmhuurschuld-commissie bestond uit de heren Silvius, Duyvesteyn en Arkenbout in hun kwaliteit als voorzitter, vice-voorzitter en penningmeester. De heer A. O Nieuw- land fungeerde als secretaris. De Commissie kreeg even als het vorig jaar geen betalingsmoeilijkheden te behan delen. Zij verzond 28 sommaties (tegen 64 in 1978) tot het inzenden van recettestaten of het betalen van de ver schuldigde filmhuur. WIJZIGING STATUTEN EN REGLEMENTEN Het Hoofdbestuur heeft in het verslagjaar een uit 1978 daterend voorstel der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders overgenomen tot verhoging van de garantiebedragen, ge noemd in artikel 10 B van het Aanvullingsreglement Bonds- voorwaarden en tot jaarlijkse automatische aanpassing van die bedragen aan de stijging van het prijsindexcijfer. Het Hoofdbestuur achtte het, gezien het sterk verhoogde kos tenniveau, redelijk de hoogte der garantiebedragen aan te passen aan de sedert 1969 gestegen prijsindexcijfers, waarbij het voorstelde de mate waarin de opgelopen ach terstand diende te worden ingelopen, enigszins te beper ken en deze aanpassing bovendien te temporiseren. De Bedrijfsafdeling besprak voorts een voorstel van het Hoofdbestuur tot wijziging van het Algemeen Bedrijfs- reglement. Dit voorstel beoogde het algemene beginsel van de vestigingsregeling door een gewijzigde redaktie en indeling overzichtelijker te maken. De ledenvergadering kon zich met dit voorstel - zij het niet geheel van harte wegens de moeilijke hanteerbaarheid van het geheel - ver enigen. De ledenvergadering ging voorts akkoord met het voor stel van het Hoofdbestuur aan de Bondsraad tot vaststel ling van een Enquête- en Statistiekreglement onder gelijk tijdige intrekking van het huidige Statistiekreglement, als mede het voorstel tot vaststelling van een nieuw Regle ment Plaatsbespreking.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1979 | | pagina 44