Voorwoord TER INLEIDING POSITIE VAN DE BEDRIJFSTAK NEDERLANDSE BOND VAN BIO SCOOP- EN FILMONDERNEMINGEN Het jaarverslag over 1986, zoals dit nu voorligt, zal het laatste jaarverslag zijn in de oude vorm. De in het jaarverslag 1985 aangekondigde heroriëntatie en aanpassing van de bedrijfstak brengt met zich, dat ook het jaarverslag wordt gewijzigd, zodat het een verslag wordt dat niet alleen van belang is voor personen werkzaam binnen de bedrijfstak, maar ook voor hen die zijdelings bij de bedrijfstak zijn betrokken of zich binnen de bedrijfstak willen oriënteren. Binnen het zich ontwikkelende medialandschap nemen de bioscoop- en filmondernemingen in ver houding tot de omzet een strategische plaats in. Hoewel de omzet van de bedrijfstak in verhouding tot andere mediasectoren klein is, vormt de bio scooprecette, zoals is aangetoond*), de basis voor de financiering van de nationale en internationale filmproduktie. Indirect subsidieert onze bedrijfstak daarmee als het ware de andere distributiesystemen zoals televisie, internationale satelliettelevisie en de video. Zonder onze bedrijfstak zou zelfs de exploi tatie van het nationale omroepbestel óók in com merciële vorm onaantrekkelijk zijn. Het is daarom maatschappelijk van betekenis, dat deze strategi sche positie van de bioscoop- en filmondernemin gen in het medialandschap wordt onderkend en voor de overheid een aanleiding vormt tot een bij drage aan de versterking van onze bedrijfstak, zo wel waar het de bioscoopexploitatie als de filmpro duktie en -distributie betreft. De toenemende internationalisatie van het media landschap vergt daarbij ook een duidelijk Europees filmbeleid. Bij de ontwikkeling daarvan is de NBB nauw betrokken. Op de lange duur is het verder noodzakelijk, dat er een evenwichtiger verdeling komt van de bijdragen die de verschillende distributiesystemen aan de fi nanciering van de speelfilm leveren. Dat zou er toe moeten leiden, dat er meer financiële ruimte ont staat in de bioscoopexploitatie en tot verruiming van de mogelijkheden ten behoeve van de nationale filmproduktie. Zie J. Th. van Taalingen 'De bioscoop als onmisbaar element in de ontwikkeling op audiovisueel gebied' (Amsterdam, 29 maart 1985). Geconstateerd kan worden, dat het aantal bezoe kers in het verslagjaar met circa 400.000 ten op zichte van 1985 is afgenomen, maar dat daarente gen de omzet iets is gestegen, terwijl het van belang is hierbij te betrekken dat het aantal bioscopen is afgenomen van 473 naar 457. In het jaarverslag 1985 is uitvoerig melding gemaakt van het onder zoek, hetwelk op instigatie van de NBB werd inge steld door de Nederlandse Herstructurerings Maat schappij (NEHEM). In 1986 heeft een aantal commissies zich gebogen over de activiteitenplan nen die uit dit onderzoek zijn voortgevloeid. De commissies die zijn geformeerd, rapporteerden op gezette tijden aan een Begeleidingscommissie, waarin naast het Bondsbestuur ook vertegenwoor digers zitten uit alle geledingen van de bedrijfstak, het FNV, de NEHEM en de Ministeries van Econo mische Zaken, Sociale Zaken en W.V.C. In de verslagperiode zijn reeds belangrijke initiatie ven tot stand gekomen (marketing onderzoek, ser viceverbetering aan het publiek, prijsonderzoek). De Bondsraad heeft in de vergadering van 10 de cember 1986 gelden gevoteerd, teneinde deze plan nen te realiseren. Het lijkt gewenst, en het Bondsbestuur onder schrijft dit, dat de bedrijfstak zich bezint op de positie van het fenomeen film versus andere media (video, abonneetelevisie, televisie en binnenkort sa telliettelevisie). Grote inspanningen en belangrijke financiële bedragen zijn nodig om het bezoekcijfer weer omhoog te brengen. Het zou betreurenswaar dig zijn, wanneer over enige jaren blijkt dat met name door satelliettelevisie het bezoekcijfer zich stabiliseert of mogelijk zelfs daalt. Een alert volgen van de ontwikkelingen op dit gebied is meer dan gewenst. De contacten met de overheid, met name de Mini steries van W.V.C, en Economische Zaken, waren intensief en vruchtbaar. Mede door de begeleiding van de NEHEM heeft het Ministerie van Economi sche Zaken financieel belangrijk bijgedragen in de totstandkoming van onderzoek en de realisering van de door de Begeleidingscommissie gesanctio neerde voorstellen. Het Bondsbestuur onderzoekt wegen die leiden tot een verlaging van het af te dragen BTW-bedrag en 5

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1986 | | pagina 4