II Intern - organisatorische aangelegenheden BONDSRAAD BONDSBESTUUR HERZIENING VAN DE BONDSSTRUCTUUR De Bondsraad, die statutair de functie van algemene ledenvergadering vervult, kwam in 1989 eenmaal bij een. In deze jaarlijkse reguliere vergadering, die plaatsvond op 20 juni, werden het jaarverslag over 1988 en de financiële stukken goedgekeurd. Op voor stel van het Bondsbestuur is besloten een commissie in het leven te roepen die tot taak kreeg te onderzoe ken hoe reglementering en structuur van de NBB aangepast zouden kunnen worden aan de eisen die de gewijzigde marktverhoudingen en 'Europa 1993' aan de filmbranche stellen. (Verderop in dit verslag wordt hier meer uitgebreid op ingegaan.) Vooruitlopend op hieruit voortvloeiende wijzigingen van de Statuten is besloten het Bondsbestuur met twee kwaliteitszetels uit te breiden. Op voordracht van het Bondsbestuur zijn vervolgens de heren drs. J. Bruinstroop (Cannon Group Nederland BV) en M. van Praag (United In ternational Pictures (Netherlands) BV, namens de M.P.E.A.A.) benoemd tot lid van het Bondsbestuur. Tevens is besloten tot enige wijzigingen van het Alge meen Bedrijfsreglement. Deze wijzigingen betroffen het opnemen van het begrip 'concurrentievervalsing' in het reglement, waaronder wordt verstaan alle vor men van 'unsound business practice'tussen en binnen alle geledingen, een nadere specificering van toepas sing van de norm "adequate filmvoorziening", als mede de wijze van beoordeling van overname van reeds ingeschreven bedrijven. Het Reglement op de Technische Commissie en het Contributiereglement werden eveneens gewijzigd. De wijziging in het Con tributiereglement betrof een nieuwe contributierege ling voor de leden-speelfilmproducenten. Een voorstel van het Bondsbestuur tot wijziging van het Reglement inzake filmexploitierechten, waarmee werd beoogd de levering van films aan niet-leden (m.n. 16 mm films) duidelijker te regelen, is door de Bondsraad niet overgenomen. Besloten werd dat de Afdeling Bioscoopexploitanten en de Afdeling Film verhuurders in onderling overleg zouden trachten een regeling uit te werken. Aan de orde kwam ook een voorstel van het Bonds bestuur tot wijziging van de overeenkomst tussen de NBB en de Associatie van Nederlandse Filmtheaters. De Bondsraad heeft het Bestuur mandaat verleend om, nadat over enige kleinere punten overeenstem ming zou zijn bereikt, het herziene associatieverdrag te ondertekenen. Op een voorstel van de kant van de M.P.E.A.A. om de aanvang van de speelweek te verschuiven naar vrijdag is door de Bondsraad niet onverdeeld positief gereageerd. Desondanks werd de bereidheid uitge sproken aan dit verzoek tegemoet te komen. Besloten werd dan ook m.i.v. 1 september de aanvang van de speelweek van de donderdag naar de vrijdag te bren gen. Deze maatregel wordt in het tweede kwartaal van 1990 geëvalueerd om te bezien of de door de M.P.E.A.A. beoogde doelstellingen ook daadwerke lijk worden gerealiseerd. De Bondsraad was als volgt samengesteld: drs. J. Ph. Wolff, voorzitter; vanwege de Afdeling Bioscoopexploitanten: A. Th. Abeln, drs. J. Bruinstroop, J. van Dommelen, W. van Dommelen, L. van Praag, J. M. Punt, mevrouw E. C. Rooth, G. C. M. Ruys, W. H. H. Ruyters, G. J. Thedinga en mevrouw drs. M. L. Wolff; vanwege de Afdeling Filmverhuurders: J. Arken bout, R. L. Paerl, M. van Praag, drs. W. J. A. van Roosmalen en R. Wijsmulier; vanwege de Afdeling Speelfilmproducenten: J. M. van Heyningen, F. Rasker en G. Versluys; vanwege de Associatie van Nederlandse Filmthe aters: J. van Heyningen; vanwege de Verenigde Audiovisuele Produktiebedrij- ven: Y. Brusse. De Algemeen Secretaris, de heer H. J. A. Tijssen, fungeerde qualitate qua als secretaris van de Bonds raad. Het Bondsbestuur was in het verslagjaar als volgt samengesteld: drs. J. Ph. Wolff, voorzitter, R. Wijs- muller, vice-voorzitter, J. van Dommelen, penning meester, drs. J. Bruinstroop, Y. Brusse, J. M. van Heyningen, M. van Praag en H. J. A. Tijssen, alge meen secretaris. Het Bondsbestuur kwam in 1989 acht maal bijeen. Op voordracht van het Bondsbestuur heeft de Bonds raad in zijn vergadering van 20 juni 1989 een commis sie benoemd, bestaande uit de heren H. J. A. Tijssen, R. Wijsmuller en drs. J. Ph. Wolff, met als opdracht voorstellen uit te werken met betrekking tot een her ziening van de statuten en reglementen en het gaan inwinnen van adviezen over de handhaving respectie velijk wijziging van de regels betreffende het onder linge handelsverkeer bezien in het licht van de Euro pese regelgeving. Op 3 oktober heeft de commissie 13

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1989 | | pagina 14