Nederlandse Vereniging van Bioscoopexploitanten
een brochure, een nieuwsbrief en regiobijeen
komsten worden de leden geïnformeerd over de
activiteiten van de organisatie.
- De regiodagen zijn ook een middel om netwerken
van exploitanten te laten ontstaan, waarbinnen
kan worden geformuleerd aan welke diensten
veel behoefte bestaat.
- De inzet van internet als medium om de organisa
tie en de beschikbare kennis meer toegankelijk
en bereikbaar te maken.
- Derden informeren over ontwikkelingen in de
bedrijfstaken betrouwbare gegevens verstrekken
om het belang en de professionaliteit van de
bedrijfstak onder de aandacht te brengen.
Met de ontwikkeling als kenniscentrum voor
ondersteuning van de branche, richt de NVB zich
nadrukkelijk op het verstrekken van mondelinge,
schriftelijke en digitale informatie over CAO en
sociale regelingen, inhoud en mogelijkheden van
contracten en raamovereenkomsten, filmtransport,
opleidingen voor bioscooppersoneel, informatie
over de Nationale Bioscoopbon, relevante tech
nische ontwikkelingen, ontwikkelingen op het
gebied van bedrijfsvoering en huisvesting van
bioscopen en filmtheaters en de inhoud van (inter)
nationaal beleid en de consequenties hiervan.
De positie ten opzichte van de NFC
De uitgesproken profilering als brancheorganisatie
voor bioscopen en filmtheaters betekent dat
de NVB enigszins los komt te staan van de
NFC. De vereniging wil een herkenbaar beleid
ontwikkelen en zal voor de uitvoering hiervan gaan
beschikken over een zelfstandig opererend
bureau, onder leiding van een eigen directeur.
De directeur is direct verantwoording schuldig aan
het NVB bestuur dat, meer dan in het verleden
gebruikelijk was, als een bestuur op afstand zal
gaan functioneren. Zaken zoals o.a. filmtransport,
filmclassificatie, Buma, Sena en contacten met
overheden zullen ook in de toekomst nadrukkelijk
in NFC verband moeten worden geregeld.
Uitgangspunt hierbij is dat collectieve belangenbe
hartiging voor sommige onderwerpen beter door de
NFC als vertegenwoordiger van de gehele film
en bioscoopbranche, kan worden uitgevoerd. Ook
zullen de diensten van de verschillende stichtingen
die deel uitmaken van de NFC, een belangrijke rol
blijven spelen bij de invulling van het toekomstige
NVB beleid.
Bestuurlijke structuur
De nieuwe koers van de NVB heeft ook
consequenties voor de bestuurlijke inrichting van
de organisatie. Formeel verandert er niets:
de Exploitantenraad blijft de statutaire algemene
ledenvergadering en er zal eens per jaar een alge
mene ledenbijeenkomst worden georganiseerd,
waarin verslag wordt gedaan van de activiteiten
respectievelijk plannen van de NVB. Nieuw is dat
het bestuur in eerste instantie verantwoordelijk
wordt voor het ontwikkelen en uitvoeren van een
meerjarenbeleid en voor de bedrijfsvoering van het
NVB bureau. De uitvoering van de plannen wordt
gedelegeerd aan de directeur, die direct
verantwoording aflegt aan het bestuur. Hij zal
worden bijgestaan door een manager Kennis
centrum en een officemanager.
Het bestuur zal regelmatig rapporteren aan de
Exploitantenraad, die de eindverantwoording
draagt voor het NVB beleid.
Er waren ook andere onderwerpen die de aandacht
van de vereniging vroegen.
In het begin van het jaar werd veel aandacht
besteed aan informatie en voorlichting over
Kijkwijzer, de nieuwe systematiek voor de classifi
catie van speelfilms. (Zie hiervoor ook het verslag
van de NFC). In 2000 was hierover al intensief
overleg gepleegd met het Nederlands Instituut voor
de Classificatie van Audiovisuele Media (Nicam).
In februari ging Kijkwijzer officieel van start,
waarbij de film- en bioscoopbranche het spits
mocht afbijten. Alle ogen waren dus gericht op de
bioscopen waardoor extra inspanningen moesten
worden geleverd om alles in goede banen te leiden.
Sociale aangelegenheden
Het CAO akkoord voor de CAO van 1 januari 2001
t/m 31 maart 2002, kon pas in september definitief
worden ondertekend. Dit omdat nader overleg
noodzakelijk bleek over een aantal punten,
waaronder de invoering van een nieuw salarisge
bouw per 1 januari 2002.
Naast afspraken over salariëring, werd ook
afgesproken dat De Leo Claassen Stichting met
ingang van 1 januari 2002 zal worden opgeheven en
dat alle opleiding- en trainingactiviteiten onder
verantwoordelijkheid van de NVB zullen worden
uitgevoerd. Nieuw was de afspraak om voor een
periode van vier jaar een proef te gaan doen met
kinderopvang. Jaarlijks wordt hiervoor een budget
van 45.378,- door de NVB ter beschikking gesteld.
De uitvoering van de regeling, die in 2002 van start
gaat, is uitbesteed aan Kintent, een organisatie
gespecialiseerd in de uitvoeringvan kinderopvang
regelingen.