Jaarvers 03 het bioscoopkaartje en het Lawaai of over last van andere filmbezoekers worden als de belangrijkste negatieve punten van een bioscoopbezoek gezien. Overigens blijken bioscoopbezoekers die als negatief punt de prijs van de kaartjes genoemd hebben, even vaak naar de bioscoop te gaan dan de gemiddelde bioscoopbezoeker. Niet-bezoekers gaan vooral niet omdat zij simpelweg niet houden van de bioscoop of van films, omdat ze liever bijvoorbeeld thuis naar films kijken. Het is daarom moeilijk om deze groep over te halen om eens een keer te gaan: prijsverlaging zal nauwelijks als stimulans werken óók omdat dit niet als hoofdreden wordt gezien om thuis te blijven. Bovendien zullen naar verwachting de opbrengsten van extra kaartverkoop niet opwegen tegen de kosten van prijsverlaging. Ten opzichte van 2003 was 2004 voor de bioscoopbranche een teleurstellend jaar. De resultaten van 2004 (bereik en bezoek frequentie) liggen echter wel in lijn met de resultaten van twee jaar geleden. Het lijkt erop dat met name het filmaanbod van 2003 (met kaskrakers als Lord of The Rings) van invloed is geweest op de filmconsumptie van dat jaar. Filmstimuleringsbeleid Vanaf 1999 zijn er van overheidswege meerdere steunmaatregelen genomen om de Nederlandse film te ondersteunen. Met name de zgn. CV-regeling, waarbij particulieren fiscaal vriendelijk in films konden investeren, zorgde voor een toename van het aantal Nederlandse speelfilms en een groei van het marktaandeel naar 13,3% in 2003. In 2004 besloot de overheid deze steun maatregel om bezuinigingsreden in te trekken. De gezamenlijke organisatie van filmmakers, verenigd in de Federatie Filmbelangen, was van mening dat voor con tinuïteit van de Nederlandse speelfilm een marktaandeel van ca. 15% nodig zou zijn, te realiseren met ca. 28 speelfilms per jaar. Hiervoor zou een budget van 60 miljoen euro nodig zijn. De helft van dit bedrag kan echter niet uit de bestaande fondsen worden gefinancierd en zou vanuit de markt moeten worden opgebracht. Op aandringen van OCenW werden NVF en NVB uitgenodigd deel te nemen aan de werkgroep Filmstimuleringsbeleid, die vanuit de Federatie Filmbelangen was opgezet. Omdat een terugval van het marktaandeel van de Nederlandse film ook direct de belan gen raakt van bioscopen en distributeurs, zowel in bezoek als in bereik van bepaalde doelgroepen, was deelname voor beide verenigingen van belang. N.a.v. de discussie over financiële participatie vanuit de markt, verklaarden NVB en NVF zich in beginsel akkoord met een eigen fonds ter dekking van een deel van de uitbrengkosten. Voorwaarde was o.a. dat er in ieder geval een 'nieuwe' fiscale maatregel zou komen. Het resterende deel zou door de producent in dat fonds dienen te worden gestort én bij succes zou een deel van de opbrengsten terugvloeien in de kas van het Marketing Distributiefonds. In juni ging er vanuit de werkgroep een advies naar OCenW, waarin een 'nieuwe' fiscale maatregel werd bepleit, aangevuld met een Marketing Distributiefonds vanuit internatioi www.ticket-international.com Your professional ticketing concession partner NVB NVF I 37

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 2004 | | pagina 20