product geschaad wordt door het met den naam film of zelfs met de populairste sterren te
verbinden (in de mode-branche is dit zeer sterk het geval) er zijn andere firma's, die het
als een bedelen om een gunst beschouwen inplaats van welbegrepen eigen-belang. Hier
vooral dient de moderne publicity-manager een kenner van maatschappelijke verhoudingen
en van het zakenleven in het algemeen te zijn.
De voornaamste moderne middelen voor effectieve film-publicity liggen ongetwijfeld in het
product zelf. De Hollander vergeet niet licht en zijn aanhankelijkheden en sympathieën,
eenmaal ontwaakt, blijven nawerken. Een ster, die hem eenmaal trof, heeft zijn hart, dat
moeilijke, weggedoken hart van den Hollander, gewonnen. Gelukkig zijn diè maatschap
pijen in Holland, die hun product in de eerste plaats op sterren-politiek kunnen baseeren!
Publicity en Pers
Belangrijker dan in eenig ander land van de wereld is in Holland de pers. Holland heeft
de meest serieuze, meest betrouwbare kranten van de wereld, heeft men altijd gezegd. Een
Hollandsche journalist verdient weinig, maar als oud-journalist meen ik dat te mogen
zeggen hij beschouwt in negen van de tien gevallen zijn vak als een roeping. Hij weet,
dat zijn krant anders dan in Parijs, Berlijn of Londen zelden op straat gekocht, zel
den vluchtig doorgebladerd wordt. De Hollandsche krant is gebaseerd op een abonnements
systeem: het gezin vindt haar 's avonds in de bus en zij wordt als een soort artisjok
gepeld en onder de familieleden rondom één tafel en onder één lamp naar recht en billijk
heid verdeeld.
Een publicity-manager in Holland heeft dan ook in de eerste plaats pers-chef te zijn. Wat
er in de krant komt, wordt gelezen. En de Hollander gelooft in zijn krant. Hij protesteert,
wanneer zijn krant anders is dan hij. En nog te weinig beseffen de filmcritici, dat zij in
de eerste plaats de vertrouwensmannen van hun lezerspubliek zijn.
Er zijn bovendien nog bijna geen filmjournalisten in den eigenlijken zin van het woord.
De kortzichtigheid ten opzichte van alles wat nieuw is zoowel als verkeerd begrepen eigen
belang hebben de dagbladen, die jaarlijks eenige tonnen aan filmadvertenties beuren, nog
niet, althans zeker niet voldoende, het besef gegeven, dat eenige duizenden voor een behoor
lijk salaris als filmjournalist toch wel de minste tegenprestatie zouden mogen zijn! Film-
journalistiek wordt bedreven in den vrijen tijd van muziek-critici, litteratoren of op vrij-
kaartjes beluste verslaggevers-Binnenland. De laatsten zijn dan nog relatief de beste voor
het bedrijf, omdat zij tenminste weten wat publiek" is, terwijl kunst-verslaggevers maar
al te vaak individualisten zijn, wier eenig perspectief is een persoonlijke afrekening met
de film: „Ie critique, c'est un monsieur", zegt het Fransche spreekwoord.
Er zijn echter gelukkig tal van films, die een dergelijke persoonlijke afrekening kunnen
verdragen; juist zelfs noodig hebben. Een persoonlijk geschreven en verantwoorde critiek
geeft het publiek meer dan neutrale en niets zeggende verslagen. Maar een dergelijke critiek
moet de meening weergeven van de meerderheid van het lezend publiek van die krant,
zooals de film den smaak weergeeft van de meerderheid van het publiek, dat het theater
bezoekt. Nog te weinig ziet de kunst-journalist, dat een schilder wel geacht mag worden
werken naar zijn individueelen smaak te maken; dat men van een dichter wel zijn beste
persoonlijke prestatie mag eischen; maar dat de miljoenen van een film alleen geïnvesteerd
kunnen, geïnvesteerd mogen worden, indien die miljoenen er door de miljoenen bezoekers
ook weer uitkomen. Betere films kunnen niet buiten de groote industrie om gemaakt wor
den, betere films kunnen alleen door de practijk ontstaan! Het voortdurend wijzen op on-
practische idealen van de critici werkt juist geleidelijke verbetering van het niveau tegen.
En sterker dan dat! Alle Amerikaansche firma's b.v. zullen wel de ervaring hebben opge
daan, dat het product vaak beier is dan hier in Holland door het publiek gewaardeerd of
38