INSCHRIJVING IN HET NAAMREGISTER
10
de haar opgedragen taak zoo goed mogelijk te
vervullen. Hij was ervan overtuigd, dat 'het nood
zakelijk is, dat de reclame, welke door de leden
van den Bond individueel wordt gemaakt, krach
tig ondersteund wordt door een collectieve
reclamecampagne, welke het publiek de aantrek
kelijkheden van de film en de bioscoop in het alge
meen moet bijbrengen. Zeker in de kleinere
gemeenten, waar de wijze van reclame maken der
bioscoopexploitanten individueel nog wel eens wat
te wenschen overlaat, kunnen vele nieuwe film-
vrienden worden gewonnen. Spreker achtte het
wel gewenscht, dat de Commissie reeds nu be
paalt, wanneer een wel omschreven plan voor een
collectieve reclamecampagne aan het Hoofdbe
stuur kon worden voorgelegd. Het kwam hem
voor, dat deze campagne bij den aanvang van het
nieuwe seizoen zal moeten worden ingezet en hij
meende dan ook, dat het plan begin September
gereed zou moeten zijn.
TOEPASSING ART. 17 DER STATUTEN
Het Hoofdbestuur heeft in zijn op 21 Februari
ƒ1.1. gehouden vergadering besloten de straf van
bo'ete tot een bedrag van 50.ingevolge arti
kel 17 der Statuten toe te passen op den heer
G. A. Leeuwin, exploitant van het City- en Roxy
Theater te Alkmaar, zulks op grond van de over
weging:
dat de heer Leeuwin ter reclame van de door hem ver
toonde film „Een dag op de renbaan", waarin de hoofdrollen
worden vervuld door de acteurs Marx Brothers, annonces
heeft geplaatst, waarin is vermeld:
„Deze film bevat zooveel clownerie en zooveel vondsten,
dat Stan Laurel, Oliver Hardy, Harold en Eddie Cantor
er met hun vieren niet aan kunnen tippen Handelsblad",
terwijl in dezelfde week in een ander theater te Alkmaar
vertoond werd de Stan Laurel- en Oliver Hardy-film „Een
stad op stelten";
dat de aangeklaagde tegenover het Hoofdbestuur ver
klaard heeft, dat hij „slechts" gebruik heeft gemaakt van
een gedeelte van de critiek, gepubliceerd in het Algemeen
Handelsblad, maar dat hij den hiervoren geciteerden tekst
nimmer zelf geschreven zou hebben;
dat uit deze verklaring blijkt, dat de aangeklaagde er zich
zeer wel van bewust is, dat zijn annonce een ontoelaatbaren
aanval op de exploitatie van een collega bevat;
dat de aangeklaagde zich heeft schuldig gemaakt aan een
manier van reclame maken, welke de perken van wat in het
zakenverkeer als toelaatbaar behoort te worden beschouwd,
verre te buiten gaat;
dat de aangeklaagde daardoor gehandeld heeft in strijd
met de algemeene belangen en de waardigheid van het Ne-
derlandsche film- en bioscoopbedrijf;
dat het Hoofdbestuur de ingevolge artikel 16 der Statuten
op te leggen straf van boete beperkt heeft tot een bedrag
van 50.waarbij in aanmerking is genomen, dat met dit
bedrag de ernst van de strafbare handeling voldoende tot
uitdrukking is gebracht.
Het Hoofdbestuur heeft in zijn vergadering van
Maandag, 21 Februari 1938 besloten de straf van
waarschuwing als bedoeld in artikel 17 der Statu.
ten toe te passen op de heeren H. Bedak en E. Cop-
pel, exploitanten van het Roxy en Casino Theater
te 's-Gravenhage, zulks op grond van de over
weging:
dat de heeren Bedak en Coppel in hun reclame ter aan
kondiging van de film „Wij zijn toch allemaal geen engelen"
gebruik hebben gemaakt van een deel eener afbeelding van
een actem\ zooals deze voorkomt in de film „De Model-
echtgenoot";
dat weliswaar vorenbedoelde acteur ook de hoofdrol ver
vult in de door de heeren Bedak en Coppel vertoonde film,
maar dat genoemde heeren niet gerechtigd waren deze afbeel
ding, die niet tot die film behoorde, te gebruiken;
dat de aangeklaagden tegenover het Hoofdbestuur hebben
verklaard, dat zij geenszins opzettelijk misbruik van de
betreffende afbeelding hebben gemaakt, en dat zij slechts bij
gebrek aan een cliché op de door hen te vertoonen film
betrekking hebbende, een gedeelte van een afbeelding, be-
hoorende tot de film „De Modelechtgenoot" in hun adver
tenties hebben doen afdrukken, zonder dat zij er zich van
bewust waren, dat voornamelijk op deze afbeelding de
reclame, welke voor de film „De Modelechtgenoot" werd
gemaakt en die in dezelfde week te 's-Gravenhage werd ver
toond, berustte;
dat vaststaat, dat de aangeklaagden ten onrechte gebruik
hebben gemaakt van een afbeelding, warop zij geen recht
hadden;
dat de door de aangeklaagden gemaakte reclame met
deze afbeelding het publiek op een dwaalspoor meet hebben
gebracht en dat zij daardoor gehandeld hebben in striid
met de algemeene belangen en de waardigheid van het Ke-
derlandsche film- en bioscoopbedrijf;
dat het Hoofdbestuur bij de toepassing van artikel 17 der
Statuten in aanmerking heeft genomen, dat thans voor de
eerste maal zulk een sanctie-maatregel ten opzichte van de
aangeklaagden moet worden genomen en tevens, dat de
aangeklaagden aannemelijk hebben weten te maken, dat zij
zich niet bewust waren van de onrechtmatigheid van het
gebruik der vorenbedoelde afbeelding;
dat het Hoofdbestuur derhalve heeft volstaan met het
opleggen van de straf van waarschuwing.
Ingevolge art. 4 van het Reglement op het Naamregister,
zijn de navolgende verzoeken tot inschrijving van titels in
het Naamregister gedaan. Voor het indienen van bezwaren
tegen de verlangde inschrijving, welke vóór 25 Maart e.k.
schriftelijk bij het Hoofdbestuur moeten worden ingediend,
raadplege men art. 6 van het Reglement op het Naamregister.
Datum
Titels waaronder de films
Naam van den
waarop in
schrijving ver
zocht is
in Nederland worden uit
gebracht
houder der ex
ploitatie-rechten
28Febr. 1938
Op eigen gezag
Monopole
1 Maart
Peter de Groote
1
Papanin (De verovering
van de Noordpool)
1
De kinderen van Kapitein
Grant
2
Op jacht naar carrière
Fox Film
2
Jongens van stavast
Metro
2
Echte liefde bestaat niet
2
Eerlijk duurt het langst
15
Gevecht op de ranch
Meteor
15
De geheime schuilplaats
L.C.B. Standaard
16
De bende van het rotsge
bergte
Meteor
16
„Vijf minuten" natuur,
kunst, techniek
Mul ti film