INSCHRIJVING IN HET NAAMREGISTER t> 12 daarentegen niet tot stand komen, eischeres haar aanspraken op deze film weer wenscht te doen gelden en in dat geval der Commissie van Geschillen verzoekt gedaagde te ver plichten tot nalevering van deze film na de Amsterdamsche première, waartoe gedaagde verklaard heeft niet bereid te zijn; dat gedaagde hiertegen in hoofdzaak heeft aangevoerd, dat bij het op 9 December 1939 tusschen partijen gevoerd onderhoud werd afgesproken, dat ten spoedigste het contract ter teekening aan eischeres zou worden toegezonden en eischeres derhalve binnen zeer korten tijd (genoemd werd Maandag, 11 December d.a.v.) haar concept-bijzondere be palingen zou indienen; dat, toen gedaagde op 11 December eischeres om het concept vroeg, deze om uitstel tot Donder dag, 14 December 1939 verzocht; dat gedaagde hiermede accoord ging, daarbij verklarende, dat, indien het concept dien dag niet in haar bezit zou zijn, zij het contract ter tee kening aan eischeres zou toezenden; dat zij cp 14 December 1939 het concept niet van eischeres heeft ontvangen en haar mitsdien het contract toezond met de mededeeling, dat zij zich geheel vrij zou achten, indien zij dit niet vóór Maandag, 18 December 1939 des voormiddags om 12 uur geteekend en ongewijzigd zou hebben terugontvangen; dat gedaagde, toen zij het contract niet binnen den gestelden termijn had terugontvangen, telegrafisch aan eischeres mededeelde, dat zij den termijn tot 3 uur dien Maandagmiddag verlengde; dat eischeres niet op gedaagdes voorstel is ingegaan, weshalve gedaagde zich volkomen vrij acht; dat gedaagde zich overi gens niet verplicht acht de Paula Wessely-film aan eischeres te leveren; dat na langdurige onderhandelingen tusschen partijen in groote trekken overeenstemming werd bereikt ter zake van de afsluiting der nieuwe productie, waarbij weliswaar tus schen partijen werd overeengekomen, dat eischeres en niet gedaagde een concept van speciale bepalingen zou indienen, doch waarbij werd vastgesteld, dat zulks binnen een bepaal den termijn zou geschieden; dat eischeres in tegenstelling met de gemaakte afspraken haar concept niet op de vastgestelde dagen bij gedaagde heeft ingediend, terwijl daarentegen gedaagde zich stiptelijk aan de afspraken heeft gehouden en de door haar gevolgde ge dragslijn voor eischeres geen verrassing kan zijn geweest; dat voorts uit het door de Commissie van Geschillen inge stelde onderzoek is komen vast te staan, dat eischeres in ieder geval één der bijzondere bepalingen in het tusschen partijen aan te gaan contract geschrapt wenschte te zien, welke bepaling gedaagde vóór alles wenschte te handhaven, hetgeen naast de omstandigheid, dat de onderhandelingen tusschen partijen reeds zeer lang gaande waren voor ge daagde aanleiding moet zijn geweest haar soepelheid niet verder uit te strekken; dat uit het vorenstaande volgt, dat geen wilsovereenstem ming tusschen partijen is tot stand gekomen ter zake van een nieuw aan te gaan contract in zake gedaagdes productie 19391940, aangezien partijen ten aanzien van één punt, hetwelk noch voor eischeres, noch voor gedaagde van onder geschikt belang was, een volkomen tegengesteld standpunt hebben ingenomen; dat zelfs indien het aan gedaagde zou moeten worden geweten (hetgeen niet het geval is), dat geen nieuwe over eenkomst tusschen partijen is tot stand gekomen, eischeres daaraan nog niet het recht zou kunnen ontleenen, zooals zij blijkbaar ten onrechte aanneemt, om de tusschen partijen getroffen regeling ter zake van de afwikkeling van het con tract 19381939 te niet te doen, respectievelijk als niet ge troffen te beschouwen, omdat deze regeling in tegenstel ling met hetgeen eischeres stelt wel degelijk tusschen par tijen zonder eenig voorbehoud is tot stand gekomen; dat immers bij het treffen van deze regeling werd over eengekomen, dat de kwestie van de Paula Wessely-film af zonderlijk zou worden geregeld, waarvan eischeres zich zeer wel bewust is, blijkens het feit, dat zij ter zake van deze film een vordering contra gedaagde heeft ingesteld; dat gedaagde met betrekking tot het in gebreke blijven met de levering van de Paula Wessely-film zich niet heeft beroepen op overmacht, of eenige andere omstandigheid, welke haar aansprakelijkheid ten deze zou kunnen opheffen en dat het verstrijken van den einddatum van het contract gedaagde niet ontslaat van haar verplichting om deze film, indien zij haar alsnog mocht uitbrengen, aan eischeres op de overeengekomen voorwaarden te leveren; dat mitsdien gedaagde verplicht moet worden geacht de eerstvolgende door haar in Nederland te distribueeren Paula Wessely-film overeenkomstig de voorwaarden van het tusschen partijen bestaand contract betreffende gedaagdes productie 19381939 in zoogenaamde eerste-week-vertoo- ning-Haarlem aan eischeres te leveren, zulks met de bepaling, dat voor wat deze Paula Wessely-film betreft de einddatum van voormeld contract geacht wordt te zijn ver lengd tot het tijdstip, waarop zes weken na de première dezer film te Amsterdam verstreken zullen zijn; dat, gezien het feit, dat partijen elk ten deele in het onge lijk zijn gesteld, zij elk voor de helft moeten worden veroor deeld in de kosten van het geschil, welke in totaal 25. bedragen. Ingevolge art. 4 van het Reglement op het Naamregister zijn de navolgende verzoeken tot inschrijving van titels in het Naamregister gedaan. Voor het indienen van bezwaren tegen de verlangde inschrijving, hetgeen binnen acht dagen na deze publicatie schriftelijk bij het Hoofdbestuur moet geschieden, raadplege men art. 6 van het betreffend Regle ment. Datum Titels waaronder de films Naam van den waarop in schrijving ver zocht is in Nederland worden uit gebracht houder der ex ploitatie-rechten 16Febr. 1940 Twee uit velen Warner 16 Zes van de infanterie 17 Het privé leven van Elisabeth en Essex 20 Balalaika Metro 20 Gejaagd door den wind 20 Gevaarlijke schoonheid 21 Tragedie der wildernis Rio 21 Zet 'm op, George! Habé 21 Bevrijding x) Tobis 21 De noodlottige getuige Warner 22 Parijs onder hoogspanning Lumina 26 Het gebeurde des nachts Fox 26 Barricade 26 Discipline 26 Het groote commando 26 Silhouetten in de sneeuw 26 Gekooide menschen 26 Liefde in een Pulmann-car 26 De nachtegaal van Bowery 26 Alleen voor vrouwen 26 De man, die niet wou spreken 26 Als de wittebroodsweken voorbij zijn 26 De stad van het geluk 26 De ontsnapping 28 Le Président Haudecoeur Film ex 29 Anthony Fokker, de Vliegende Hollander x) Hiermede vervalt de titel: „Verbroken ketenen"

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1940 | | pagina 14