VACANTIESPREIDING De intertijd ingestelde ,,Vacantiespreidings~Com- missie", welke in hoofdzaak is samengesteld uit vertegenwoordigers van het vervoerwezen, van on- derwijskringen, het hotelbedrijf en instellingen op toeristisch gebied, heeft ons een exemplaar aan geboden van het door haar voor 1940 aanbevolen schema tot verspreiding van het vacantieverkeer over een grooter aantal weken. De concentratie van het vacantieverkeer in ons land over enkele weken heeft inderdaad vele na- deelige kanten, welke ook onzerzijds niet geheel kunnen worden voorbijgezien. Wij meenen er daar om goed aan te doen de inleidende beschouwing van dit rapport, alsmede de grondslagen der te nemen maatregelen en de wijze, waarop de com missie zich de uitvoering denkt, onder de aandacht onzer leden te brengen. Uit het rapport blijkt, dat in het zomerseizoen 1939 40,7 c/( van alle lagere scholen de zomer- vacantie aanving.in de eerste week van Augustus en 36,8 in de vierde week van Juli, Het gevaar bestaat, dat deze tendens tot concentratie op één of twee tijdstippen in de toekomst nog zal toene men. Het beginpunt van de vacantieweek dei- bouwvakarbeiders bijv. werd in 1939 over het ge- heele land gefixeerd op den laatsten Zaterdag in Juli. Het is niet onwaarschijnlijk, dat in de toe komst nog andere landelijke regelingen zullen vol gen. Er zal van nature een zekere neiging bestaan om de begindata van al deze vacantieregelingen te doen samenvallen. Dit verschijnsel biedt ernstige moeilijkheden voor alle ondernemingen, die zich bezig houden met het vervoer en de huisvesting der vacantie- gangers. De vervoerondernemingen moeten im mers beschikken over een outillage, die in staat is het maximum verkeer, dat slechts één of twee keer in het jaar voorkomt, te verwerken, Dit wagenpark wordt gedurende alle overige dagen van het jaar niet in voldoende mate benut. De N.S. bijv. vervoeren op normale dagen rond 30.000 reizigers. Het spitsvervoer op den laatsten Zaterdag in Juli beloopt veelal meer dan 700,000 hetwelk alleen verwerkt kan worden door al het reservemateriaal in bedrijf te stellen. Een soortgelijke moeilijkheid ontstaat bij het hotel- en pensionbedrijf, in het bijzonder voor zoo ver dit uitsluitend of hoofdzakelijk op het vacantie verkeer is georiënteerd, alsmede bij jeugdherber gen en vacantiehuizen. Door de concentratie van het vacantieverkeer op enkele weken wordt de huisvestingsruimte slechts enkele weken van het jaar ten volle benut en staat de rest van den tijd vrijwel renteloos. De belangen van de vacantiegangers zelve wor den echter evenmin door deze sterke concentratie gediend, integendeel, sterk geschaad. Zij zouden stellig betere en ook op den duur goedkoopere vacantiegelegenheid kunnen genieten, indien het mogelijk ware de vacantie over een grootere tijds ruimte te verdeelen. En dit alles klemt te sterker naarmate steeds grootere maar minder koopkrachtige groepen der bevolking aan de vacantiegenoegens kunnen deel nemen; om de vacantie van arbeiders en kleinere zelfstandigen behoorlijk tot haar recht te doen komen, is het noodig, dat de kosten van vacantie- reis en -verblijf zoo sterk mogelijk worden gedrukt en een van de voornaamste middelen daartoe is te zorgen voor een zekere vergelijkmatiging in de belasting van de bedrijven, die hierbij te pas komen. Een bijzonder accent krijgt deze overweging door den toestand, welke in het zomerseizoen 1940 zal intreden wanneer de mobilisatie in Nederland en de oorlogstoestand in Europa dan nog zullen voortduren. Als gevolg hiervan zijn belangrijke aantallen spoorrijtuigen en autobussen en een be langrijk deel van de hotelruimte voor militaire doeleinden gevorderd. Tegelijkertijd mag men ver wachten, dat het aanzienlijke contingent Neder landers, dat in normale omstandigheden de vacan tie buitenlands doorbrengt, thans in het land zal blijven en dit accres aan binnenlandsche vacantie gangers is stelligvele malen grooter dan het décres, dat zal optreden wegens het wegblijven van bui- tenlandsche toeristen. Op grond van bovenstaande overwegingen is de Commissie dan ook van oordeel, dat het thans zeer urgent is om voor het zomerseizoen 1940 maatregelen te nemen tot verspreiding van het vacantieverkeer over een grooter aantal weken, teneinde dusdoende te vermijden, dat er op 'be- bepaalde tijdstippen een overgroote drukte ont staat. Het vacantieverkeer gaat in hoofdzaak uit van de groote steden en wordt in deze steden practisch bepaald door den datum van aanvang der lagere school-vacanties. De vacanties van middelbaar en hooger onder wijs zijn zooveel ruimer, dat de lagere-school- vacanties hier gewoonlijk geheel binnen vallen. De vacanties der middelbare scholen bedragen ongeveer 7 weken, die van de lagere scholen in den regel 4 weken. Het is dus mogelijk de lagere- school-vacanties op 4 echtereenvolgende data, tel kens met een week tusschenruimte, te doen be ginnen. Een regeling, waarbij de beginpunten der lager- school-vacanties binnen eenzelfde gemeente op verschillende tijdstippen worden vastgesteld, lijkt

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1940 | | pagina 9