Desgevraagd deelt de heer Milius mede, dat hij zijn candidatuur heeft ingetrokken. Met algemeene stemmen worden hierop als leden-filmverhuurders van het hoofdbestuur ge kozen de heeren Ir. Mr. B Koch, directeur van de Internationale Tobis Cinema N.V. te Amster dam, J. M. P. ter Linden, directeur van de N.V. City Film en N.V. Europa Film te 's-Gravenhage, en F. L. D. Strengholt, directeur van de N.V. Metro-Goldwyn-Mayer Filmmaatschappij te Am sterdam en tot lid-exploitant de heer R. Uges Ir., directeur van de N.V. Scala Theater te Rotter dam en exploitant van het Luxor Theater te Leiden. De Voorzitter richtte een woord van erkente lijkheid tot de afgetreden Hoofdbestuursleden, voor het vele werk, dat zij in den loop der jaren in het belang van het bedrijf hebben verricht en riep den nieuw gekozen leden een hartelijk wel kom toe. Spreker schetste hierna de zware taak, welke het Hoofdbestuur heeft te verrichten. Ieder oogenblik komt men voor nieuwe situaties te staan, welke snelle ingrijpende beslissingen ver- eischen. Daarbij zijn die menschen noodig, die zich ten volle met de dwingende problemen van het oogenbiik kunnen bezighouden. De hoogste functies in den Bond eischen van de betrokkenen onder de huidige omstandigheden ontzaglijk veel van hun tijd, van hun persoonlijkheid en van hun karakter. Zoo ooit, dan worden thans van ver schillende zijden, die in de veronderstelling ver- keeren, dat de tijdsomstandigheden daarvoor gun stig zijn, aanvallen op het film- en bioscoopbedrijf en op den Nederlandschen Bioscoop-Bond onder nomen. Een organisatie als de Nederlandschc Bioscoop-Bond is behoeft voor deze aanvallen geen duimbreed uit den weg te gaan. Een krach tige houding kan slechts het antwoord zijn. De taak van den Nederlandschen Bioscoop-Bond zal in de naaste toekomst ongetwijfeld veranderingen ondergaan. Tot dan toe beperkte zich onze ge zichtskring tot de economische belangen van het bedrijf. Bij de taak die ons te wachten staat zz( echter ook aan de cultureele zijde van ons bedrijf meer aandacht moeten worden geschonken dan voorheen. Indien de Overheid blijk mocht geven oog te hebben voor onze belangen, dan zal de Bond ook voor wat het cultureele gedeelte betreft gaarne alles in het werk stellen om hét bedrijf en inzonderheid de film, te verheffen en meer nog dan voorheen dienstbaar' te maken aan de ge meenschap. Wij leven in een grooten tijd, aldus besloot spreker zijn toespraak, waarin ons een groote taak wacht Een taak, die wij slechts zullen kunnen ten uitvoer leggen, wanneer ons de erken ning wordt gegeven, die wij daartoe van noode hebben (applaus). Na een geanimeerde rondvraag werd de ver gadering gesloten. EEN HOOFDFILM PER PROGRAM EN PER WEEK Het Dagelijksch Bestuur heeft zich als gevolg van de situatie, waarin ons land zich bevindt, ge noopt gezien een ingrijpenden maatregel te nemen ter verdere beperking van de vertooning van films in bioscopen. Door het beleid van het Hoofdbestuur was aan vankelijk een voldoende voorraad films gevormd ten einde een eventueele stagnatie van den import het hoofd te kunnen bieden. Bij deze pogingen had men vanzelfsprekend één grooten factor niet in de hand, namelijk het ver loop der oorlogshandelingen. Dit is voor ons land van dien aard geweest, dat de import van films, met uitzondering van die, welke in het Groot- Duitsche Rijk vervaardigd worden, geheel gestaakt is en bovendien, dat een groot gedeelte van wat voorhanden was, niet voor vertooning is toegela ten. Neemt men hierbij in aanmerking, dat de eigenlandsche filmvoortbrenging tot heden zonder beteekenis was, dan heeft men vrijwel alle factoren bijeen, die het aantal voor vertooning beschikbare films tot een minimum hebben gereduceerd. Aan een beperking van het bioscoopprogramma viel derhalve niet te ontkomen. Zij komt in het kort hierop neer, dat het den leden van den Ne derlandschen Bioscoop-Bond, zooals hun bij circu laire resp. van 22 Juli en 6 Augustus j.1. is mede gedeeld, verboden is ingaande 9 Augustus j.1. meer dan één hoofdfilm in eenzelfde vertooningsweek te vertoonen. Het Dagelijksch Bestuur heeft bij het nemen van dit besluit vanzelfsprekend alle moeilijkheden over wogen, welke daaruit voor zoovele exploitanten kunnen ontstaan. In tal van gemeenten immers zijn de programma's sinds jaar en dag op het ver toonen van twee hoofdfilms ingesteld. Waren de moeilijkheden te ondervangen voor ondernemin gen, die twee films achter elkaar in één programma vertoonen, voor ondernemingen, die twee maal per week van program en dus ook van hoofdfilm ver wisselden (waarbij er zelfs waren die per week twee dubbel-programma's, dus vier hoofdfilms vertoonden), was een plotselinge beperking niet zoo eenvoudig, omdat in vele gevallen de bioscoop meermalen door hetzelfde publiek werd bezocht. Voorts mocht worden verwacht, dat de nieuwe regeling, in het bijzonder voor gemeenten, waar bijvoorbeeld maar één bioscoop is gevestigd, be zwaren zou opleveren in verband met feestdagen, kermissen, etc. Ook de schaarschte aan alle-leef- tijdenfilms zou het organiseeren van kindervoor stellingen en het toelaten van jeugdige personen in het algemeen onmogelijk maken, terwijl den ex-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1940 | | pagina 9