ROND HET INTERNATIONAAL
FILMFESTIVAL TE BRUSSEL
Naar thans bekend geworden is, zal de Bel
gische Cinematheek, geholpen door haar Fransche
collega, een Méliès-tentoonstelling inrichten.
De vereeniging van Mexicaansche filmprodu
centen heeft aan de Directie van het Wereldfesti
val haar deelname principieel toegezegd. Ook de
Argentijnsche producenten hebben telegrafisch
laten weten, dat zij aan het Festival deelnemen.
De Motion Picture Association of America zal
spoedig aan de Directie mededeelen, welke Ameri-
kaansche films in Brussel hun Europeesche „pre
mière" zullen beleven.
Verder zal, naar „De Nieuwe Standaard" mede
deelt, het Groot Symphonie-Orkest van de B.B.C,
in het kader van het Festival concerteeren, terwijl
het Uitvoerend Comité van de Internationale Fe
deratie der Filmpers (Fipresci), voorgezeten door
Miss Dillis Powel (Engeland), te Brussel zal ver
gaderen.
Voor wat de filmvertooningen betreft schijnt het
al vast te staan, dat deze slechts om den anderen
dag zullen worden gehouden, hetgeen een heele
vooruitgang is op de moorddadige corvee die de
bezoekers te Cannes hebben moeten ondergaan.
Ter oriënteering laten wij hier den volledigen
tekst volgen van het reglement van het Festival,
dat aan de genoodigden werd toegezonden.
REGLEMENT.
Artikel 1.
Het Wereldfestival voor Film en Schoone Kun
sten zal in België worden gehouden van 1 tot 30
Juni 1947.
Artikel 2.
De diverse manifestaties zullen worden gehou
den in de hoofdstad en in de voornaamste steden
van België. De vertooningen der films zullen
plaats vinden te Brussel van 8 tot 30 Juni 1947.
Artikel 3.
Het voornaamste doel van het eerste Belgische
Wereldfestival is de keuze van de beste films ver
vaardigd tusschen 1 Januari 1946 en 30 April
1947, met uitsluiting van die films, welke reeds op
andere internationale manifestaties werden gepre
senteerd.
Artikel 4.
In elk der genoodigde landen zal een jury, in
overeenstemming met de regeering, door het film
bedrijf worden belast met de keuze van: eener
zij ds speelfilms, zoowel lang als kort, anderzijds
teekenfilms en poppenfilms en ten slotte films,
welke niet in een van deze categorieën kunnen
worden ondergebracht. Evenwel zal de organi-
seerende Commissie de films accepteeren, die haar
rechtstreeks door de regisseurs en de producenten
worden toegezonden, met uitsluiting van de films,
welke aan de landelijke jury's werden ingezonden:
een Belgische jury zal zich met de keuze ervan
belasten alvorens aan de jury's van het Wereld
festival te worden gepresenteerd. Deze jury zal
slechts vijftien films kunnen aanwijzen boven het
maximum van het totaal aantal landen en catego
rieën aangeduid in artikel 7.
Artikel 5.
Elk land, dat aan het Festival wenscht deel te
nemen, zal hiervan officieel mededeeling moeten
1 doen aan het organiseerende Comité te Brussel
vóór 15 April 1947.
Artikel 6.
De films moeten uiterlijk 15 Mei 1947 in twee
copieën aan het organiseerende Comité van het
Festival worden ingezonden. Na het verstrijken
van dezen termijn zullen geen films meer worden
geaccepteerd om te worden voorgelegd aan de
jury waaronder zij resoorteeren.
Artikel 7.
Het maximum aantal films, dat door ieder deel
nemend land mag worden aangeboden, is vastge
steld als volgt:
1Speelfilms:
a) Hoofdfilms (meer dan 1800 m.) voor de
landen, die in 1946 vervaardigd hebben:
Meer dan 100 hoofdfilms: 10 films van
meer dan 1800 m.;
Van 50 tot 100 hoofdfilms: 6 films van
meer dan 1800 m.;
Minder dan 50 hoofdfilms: 2 films van meer
dan 1800 m.
b) Bij films (minder dan 1800 m.) voor de
landen, die in 1946 vervaardigd hebben:
Meer dan 100 bij films: 10 bij films:
Van 50 tot 100 bij films: 6 bij films;
Minder dan 50 bij films: 2 bij films.
2. Films met een scenario, waarin geen levende
personen voorkomen:
a) Teekenfilms in zwart en wit:
b) Teekenfilms in kleuren;
c) Poppenfilms.