Vergadering Ledenraad
De filmproductie kwam tot nieuw leven door de
vervaardiging van Sterren stralen overal". Het
Nederlands journaal handhaafde ten volle de bete
kenis, welke het in de bioscoopprogramma's
verworven heeft, en de vervaardigers van korte
films en documentaires waren redelijk van opdrach
ten voorzien.
Een ontwikkeling van betekenis deed zich in het
afgelopen jaar voor door de vorming van een
bedrijfsafdeling Filmproducenten en -fabrikanten,
zodat de zorgen van de Bond zich thans over de
gehele sector van het film- en bioscoopbedrijf
uitstrekken.
Naast de aanpassing van het organisatorisch
werk aan de eisen en omstandigheden van het
ogenblik, naast het streven dit werk meer te ver
diepen en te intensiveren dan te verbreden, meer
nuttig en doelmatig te maken dan berekend op
uiterlijk vertoon, zullen de bevordering van de
Nederlandse filmproductie en de coördinatie van
alle pogingen op dit terrein zomede de stimulering
van de filmbelangstelling en de medewerking aan
de filmvoorlichting tot de taken gaan behoren, die
geleidelijk in de veelzijdige werkzaamheid van het
Hoofdbestuur betrokken gaan worden.
De parallellen, die hierbij tussen bedrijfs- en
algemeen belang lopen, maken de ten uitvoer leg
ging van zulk een taak belangwekkend en stellen
voortdurend hoge eisen aan het centraal beleid.
Wie onder ons in de simpele veronderstelling
leeft, dat de betrekkelijke stabiliteit van ontvang
sten blijkens de voorlopige gegevens liepen de
ontvangsten een paar procent op, doch daalde de
bezoekfrequentie in het afgelopen jaar een reden
tot geruststelling is, vergist zich deerlijk.
Zulk een stilstand is achteruitgang en de weten
schap, dat niet voldoende gereserveerd kan worden
om de technische ontwikkeling bij te houden en de
grotere concurrentie, welke voor de deur staat, het
hoofd te bieden, levert motieven te over tot behoed
zaamheid bij het beoordelen van het perspectief
in 1953. Nu zich een doorbraak heeft voltrokken
in de afgelopen jaren in de publieke waardering
van film en bioscoop, is de vraag, hoe het mogelijk
is dat de gemiddelde bezoekcijfers in ons land ten
achter liggen bij het buitenland, allerminst met de
bevolkingsdichtheid corresponderen en geenszins
gelijke tred houden met de grote contingenten
schoolvrije jeugd en volwassenen welke jaarlijks
aan het volumen ener ontspanning behoevende
menigte worden toegevoegd, er een die nauwlet
tende aandacht vraagt en op korte termijn een af
doende antwoord behoeft. De 60 millioen kijkers
van het afgelopen jaar zullen met ettelijke millioe-
nen moeten toenemen willen wij onze belangrijke
plaats in het ontspanningsleven behouden, om van
verbeteren niet te spreken. Moge het komende jaar
ons op weg helpenl
Op 15 December jl. is op het Bondsbureau een
vergadering gehouden van de Ledenraad. De Raad
was samengesteld uit de heren M. P. M. Vermin
en J. S. Croeze, voorzitter en vice-voorzitter in hun
kwaliteit van voorzitter en vice-voorzitter van het
Hoofdbestuur, S. Barnstijn van de Afdeling Den
Haag, van Bentum van de Afdeling Het Westen,
W. F. Dubbeldeman van de Afdeling Amsterdam,
G. J. Milius van de Afdeling Het Noorden, J.
Nijland Jr. van de Afdeling Het Centrum, C. M.
Westland van de Afdeling Het Oosten, C. van
Willigen van de Afdeling Rotterdam, E. Alter,
H. S. Boekman, D. J. van Leen, J. L. Paerl, B. J.
Schimmel en A. Zomerplaag van de Bedrijfsafde
ling Filmverhuurders. Afwezig (met kennisgeving)
waren de heren L. W. R. Meijer en J. de Wilde
van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders en J. E.
F. de Nijs van de Afdeling Het Zuiden.
In deze vergadering van. de Ledenraad is be
handeld het voorstel van het Hoofdbestuur tot het
vaststellen van een nieuw Bedrijfsbesluit in zake
de Uitvoering der Deviezenregeling overeenkom
stig de tekst van het thans vigerend Bedrijfsbesluit
van die naam (Reglementenboekje no. 4, pagina's
3739) met dien verstande, dat in de artikelen 1,
2 en 8 het jaartal ,,1952" gewijzigd wordt in
„1953".
De toelichting van het Hoofdbestuur luidde, dat
er over de verlenging van de verplichting om ge
durende ten minste 12 weken per jaar niet-Ameri-
kaanse hoofdfilms te vertonen uitvoerig overleg is
gepleegd zowel met de Afdelingsraad als met het
Bestuur der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders.
Bij de discussies werd de wenselijkheid naar
voren gebracht, dat dispensatie van de in het Be
drijfsbesluit vastgelegde verplichting waar nodig
zal worden verleend. De Voorzitter antwoordde
hierop, dat deze bevoegdheid aan het Hoofdbe
stuur is toegekend en dat dit college alvorens een
beslissing omtrent een dispensatie-aanvrage te
nemen alle omstandigheden onderzoekt.
Ten slotte werd het voorstel van het Hoofdbe
stuur met grootst mogelijke meerderheid van stem
men aangenomen.
Na de rondvraag heeft de Voorzitter de leden
dank gezegd voor hetgeen in het afgelopen jaar in
het belang van het bedrijf en de organisatie door
hen is verricht en hun zijn beste wensen bij de
jaarwisseling aangeboden. De leden hebben deze
gelukwensen op hartelijke wijze gereciproceerd.
2