NIEUWS UIT HET BUITENLAND Frankrijk 15 NU het jaarlijkse filmtournooi in Cannes weer in volle gang is, en een internatio naal publiek met critische ogen dit vlag vertoon van de filmproductiebedrijven van, de diverse landen gadeslaat, ver heugt het ons, dat Nederland op dit appèl ook dit jaar niet ontbreekt. Weliswaar is de Nederlandse deelneming zeer bescheiden zij telt slechts twee korte films maar geenszins onbelangrijk. De inzending be staat uit de films ,,H o u e n zo" van H. van der Horst en „Vincqnt van Gogh" van Polygoon/Profilti, voor welke film Dr. J. Hui sdier het scenario schreef, Piet Out de camera hanteerde en Jan Mul de begeleidende muziek schreef. Het is misschien te ijdel om te verwachten, dat onze Nederlandse producenten voor een derde opeenvolgende keer met de Grote Prijs voor de beste korte film zullen gaan strijken, maar het geeft ons voldoening onze kleine nationale pro ductie op waardige wijze vertegenwoordigd te weten. Internationaal congres voor korte documentaire en culturele films Van Maandag 2 Maart tot en met Zaterdag 7 Maart is te Parijs het Vierde Internationale Con gres voor de Documentaire en Culturele Film ge houden, dat was voorbereid door de Association Frangaise du Congres International des Films Educatifs, Documentaires et de Court Métrage onder voorzitterschap van de Minister van Han del en Nijverheid en onder beschermheerschap onder meer van de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Onderwijs. Niet minder dan 37 landen waren vertegen woordigd op deze conferentie, welke door de Mi nister van Handel, de heer Louvel, werd geopend. De afgevaardigden hebben zich bezig gehouden met de bestudering van de productie (in het bij zonder de co-productie) en de distributie van korte films. Er werden daartoe enkele studiecom missies benoemd, welker rapporten later in plenai re zittingen zijn behandeld. De officiële Nederlandse delegatie bestond uit de heren Dr. N. R. A. Vroom, Hoofd van de Afdeling Kunsten van het Ministerie van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen, Dr. J. M. L. Peters, directeur van de Nederlandse Onderwijs- film en de heer S. I. van Noten van de Regerings voorlichtingsdienst. Voorts werd het congres bij gewoond door tal van waarnemers", onder meer door ons lid de heer D. J. van Leen, eigenaar van het filmverhuurkantoor Centrafilm te Dordrecht, die benoemd werd als lid van de studiecommissie voor de distributie. De studiecommissie voor de productie wees er in haar rapport op dat er geen algemeen erkende normen voor het begrip korte" film be staan. Zo beschouwt men in België een film van 300 meter lengte als een korte film. In Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland een film van 300 tot 400 meter. De Fransen nemen 600 tot 900 meter en de Britten kennen korte films van 900 tot maximaal 1000 meter, terwijl de Italianen de leng te van een korte film op een maximum van 2000 meter stellen. De commissie achtte het derhalve raadzaam ei e begrippen op dit punt te normalise ren, maar kon ter zake niet tot een beslissing ko men. Zij heeft zich voorts bezig gehouden met de financiële aspecten van, de productie vrijstelling van belastingen, financiële ondersteuning aan de producenten, verschillende vormen van subsidie en hulp en heeft getracht het begrip „co-pro ductie" met betrekking tot de korte film te ver duidelijken. De commissie zag een korte film als co-productie: a. wanneer de financiering door verschillende landen gezamenlijk geschiedt; b. wanneer de opnamen door en in verschillende landen worden verzorgd; c. wanneer de technici door twee of meer landen beschikbaar worden gesteld. De tweede plenaire vergadering van het con gres, die dit rapport uitvoerig besprak verheel de zich niet dat aan de co-productie van korte films grote moeilijkheden zijn verbonden in verband met de internationale wetten en administratie. Niettemin had zij het vertrouwen, dat de co-pro ductie bij de korte film in stijgende mate zal wor den toegepast, vooral waar het films geldt, die een beter begrip tussen de volkeren onderling kunnen bevorderen. Bij de discussies bleek, dat men de in opdracht van de regering van vijf landen vervaardigde film ,,Het open venster" eerder als een speciaal voor een internationale culturele uitwisseling ver vaardigde film, dan als het prototype van een co-productie beschouwde. Men vond algemeen, dat het probleem van de co-productie op een bre der, meer industrieel plan diende te worden be keken en dat de producenten zelf in de gelegen heid moesten worden gesteld om co-producties te

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1953 | | pagina 16