Burgemeester en Wethouders deelden in de toelichting op dit voorstel mede, dat zij het denk beeld ener verlaging nader in overweging geno men hadden naar aanleiding van de ontvangst van de bekende circulaire van 20 Februari 1954 van de Minister van Binnenlandse Zaken, waar in werd medegedeeld, dat de Regering tot de con clusie is gekomen, dat de overwegingen welke in 1947/48 geleid hebben tot het destijds gemaakte onderscheid in de belasting thans niet meer gelden. In zijn vergadering van 15 Juni j.1. heeft de Raad het voorstel van Burgemeester en Wethou ders aanvaard. Middelburg Ingevolge bij Koninklijk Besluit verkregen goed keuring is met ingang van 1 Juli j.1. de vermake lijkheidsbelasting op filmvoorstellingen in de ge meente Middelburg verlaagd tot 25'%. Naaldwijk Op voorstel van Burgemeester en Wethouders heeft de Raad van de gemeente Naaldwijk bij besluit van 6 Mei j.1. de vermakelijkheidsbelasting op filmvoorstellingen voor gewone films verlaagd tot 25 en voor films als bedoeld in artikel 1, lid 2, onder 2e. der Wet tot 20 Burgemeester en Wethouders verklaarden in de toelichting op hun voorstel reeds enige tijd geleden een herziening van de belastingtarieven in studie te hebben genomen, maar het accoun tantsonderzoek van de Regering naar de rentabi liteit van het bioscoopbedrijf te hebben afgewacht alvorens een wijziging aanhangig te maken. Rotterdam Het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam om de heffing op filmvoorstellin gen te verlagen tot 251% is door de Raad in zijn vergadering van Donderdag 22 Juli j.1. aanvaard (zie artikel: Een stap vooruit). Steenbergen In zijn vergadering van 14 Juli heeft de Raad van Steenbergen overeenkomstig het advies van Burgemeester en Wethouders besloten de heffing op gewone filmvoorstellingen te verlagen tot 20%. Films als bedoeld in artikel 1, lid 2, sub 2 van de Bioscoopwet blijven van vermakelijkheidsbe lasting vrijgesteld. De gewijzigde verordening is met ingang van 1 Juli j.1. in werking getreden. Utrecht In zijn op Donderdag 5 Augustus j.1. gehouden vergadering heeft de Raad van Utrecht zonder hoofdelijke stemming een voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders aanvaard waarbij a. de heffing op gewone filmvoorstellingen wordt verlaagd tot 25 b. het tarief voor voorstellingen met films als be doeld in artikel 1, lid 2, 2e der Bioscoopwet wordt gehandhaafd op 20 c. de onder zekere voorwaarden te verlenen vrij stelling van belasting (in hoofdzaak toegepast voor speciale jeugdvoorstellingen) eveneens wordt gehandhaafd met dien verstande dat de vrijgestelde maximum entreeprijs van 0,50 zelfs nog wordt verhoogd tot ƒ0,75 (zie arti kel: Een stap vooruit). De wijziging treedt in werking op de eerste dag der maand, volgende op die, waarin op dit besluit de Koninklijke goedkeuring zal zijn verkregen. Veghel Ingevolge bij Koninklijk Besluit dd. 8 Juli 1954 verkregen goedkeuring is met ingang van 1 Augustus j.1. in de gemeente Veghel een nieuwe verordening in werking getreden, waarbij de ver makelijkheidsbelasting op filmvoorstellingen werd verlaagd van 35 °/c tot 20 Zoetermeer De Raad van de gemeente Zoetermeer heeft in zijn vergadering van 30 Juli j.1. besloten de ver makelijkheidsbelasting op voorstellingen van films als bedoeld in artikel 1, lid 2, 2e der Wet te ver lagen tot 5 Deze verlaging zal in werking treden op de eerste dag der maand, volgende op die, waarin de Koninklijke goedkeuring is verkregen. Het tarief voor gewone filmvoorstellingen is in deze gemeente 20 Onze vroede vaderen Uit een verslag van een streekblad over een verga- dering van een gemeenteraad tijdens welke besloten werd de vermakelijkheidsbelasting op filmvoorstellingen 1 te verlagen citeren wij het volgende: „De heer X. had tegen de tarieven geen bezwaar, 1 maar wel tegen de bioscoop. Dat het bioscoop-bezoek 1 zou verminderen doet hem geen leed, het zou hem I goed doen als het geheel uitstierf! (Rumoer op de tribune). Liever had hij gezien, dat B. en W. met een 1 tariefsverhoging gekomen waren, dan met een verla- 1 ging. Hij kon aan deze voorstellen zijn stem niet geven. Meermalen had hij er op gewezen welk een I kwaad deze bioscoop voor de gemeente deed, het 1 peil van de jeugd werd er zeer door geschaad. Er zijn filmen van zeer laag gehalte op zedelijk gebied zei spr. Neem het onzedelijke uit de bio- 1 scoop weg en de bioscoop heeft zijn 1 waarde verloren! De heer Y. had nooit iets onzedelijks in de bioscoop gezien. Er is toch een locale keuring merkte spr. op. ,,Er is eeni landelijke keuring" zei de voorzitter. De heer Y.: „De heer X. is er nooit geweest!" De heer X.: „Gelukkig niet!!" Hem was al eens I gevraagd zitting te nemen in die keurings-commissie, 1 hij had geweigerd, maar deed hij het, zou hij ze allen 1 afkeuren!" 1 Commentaar lijkt ons overbodig. IMIMIIIIIMIHIIIIIIIMIIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllllllllllllli, nillHllliniltllllllMIIMMIiMIIIMIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIMIIillllilMllltMIt lllliniHlllltUMIIinMIMMMIMMIMMMIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIItllllllltnilllllMIMIIIIIIMIIIIIIIIMMMMIIMII illlllllMIIMHimiinillMIIUIMIIIIlllllllt

Historie Film- en Bioscoopbranche

Officieel Orgaan | 1954 | | pagina 8