23
De verbluffende techniek van de moderne
poppenfdm blijkt duidelijk uil deze, ,,aclie -
opname uit Joop Geesink s
„LIGHT AND MANKIND
t*?1*-, ,>-***
inconveniënten. Deze uitspraak zou men ook op de
Filmkeuring kunnen laten slaan. Wat wij ook
doen, critiek zal er altijd blijven, zo niet van de
ene dan toch van de andere zijde. Zulks temeer
daar een ieder meent van Filmkeuring verstand te
hebben. Zo verkeert de Centrale Commissie in een
min of meer analoge positie met de schilder, over
wiens moeilijkheden de Franse wijsgeer Fontenelle
een kernachtig betoog heeft gehouden in zijn:
,,Dialogues des morts", samenspraken bedoeld ter
instructie van de levenden en waarin hij beroemde
doden laat moraliseren omdat, naar hij ironisch op
merkt, er levenden voldoende zouden zijn geweest
om over nutteloze dingen hun woordje mede te
spreken.
Deze kunstenaar had een voortreffelijk schilderij
vervaardigd, waarop hij enige druiventrossen had
geschilderd. De druiven waren zo realistisch weer
gegeven, dat de vogels zich vergisten en de drui
ven wilden wegpikken. Onnodig te zeggen welke
reputatie de schilder hierdoor verwierf. Maar op
het schilderij zag men ook een jonge boer, die de
trossen in zijn hand hield. Men zeide nu tot de
schilder, dat hij de druiven wel meesterlijk moest
hebben geschilderd, daar zij de vogels aantrokken,
doch dat zijn penseel de boer slechts had moeten
weergeven, daar deze boer de vogels geen vrees
inboezemde. Men had gelijk. Doch als deze schil
der zich niet vergeten had in de boer, dan zouden
de druiven nooit het succes hebben gehad, dat hij
er mede had behaald.
Fontenelle concludeert dat het avontuur van de
schilder aantoont, dat men zelfs in die zaken,
waarin men juist meent te hebben gehandeld, be
vreesd moet zijn iets niet gedaan te hebben, wat
men wel had moeten doen, hetgeen bewijst, hoe
onzeker alles in deze wereld is, en dat het lot aan
gelijke zaken verschillende gevolgen verbindt.
Ik meen U voldoende te hebben duidelijk ge
maakt dat een beslissing omtrent al dan niet toe
laatbaarheid van een film waarin men natuurlijk
spel en ernst niet geheel mag vereenzelvigen, van
de Filmkeuring niet minder hoofdbrekens vergt dat
de beslissing die een Rechter heeft te nemen als hij
moet uitmaken of een bepaalde handeling al dan
niet een onrechtmatige daad is.
Ik wil maar zeggen dat alle rechtspraak, waar
toe ook de taak der Filmkeurinq is te ranaschik-
ken, vooral een zaak van persoonlijk inzicht is, en
dat dit inzicht individueel sterk kan verschillen.
Keuringsuitspraak geen testimonium van
geschiktheid
Indien is vastqesteld dat een film toelaatbaar is
komt de vraag aan de orde: voor welke leeftijd?
De vraag hoe de reactie van jeuodioe personen
van verschillende leeftijdsarens zal zim is even
neteliq als wanneer die vraag uitsluitend volwas
senen betreft. De uitspraak ..alle leeftijden of 14
jaar", betekent zeker niet dat de film ook a e-
schikt wordt aearht voor ieuadine personen.
Tot in den treure hebben wii dit in woord en Ge
schrift betoond, doch telkens blükt weer uit diverse
reacties van teleuraestelde ouders, dat door velen
de uitsnraak is verstaan als een testimonium van
geschiktheid. Onze uitspraak wil en kan zulks niet
zijn en betekent slechts dat naar ons oordeel het
normale kind geen nadeel zal ondervinden in
dien het een film voor alle leeftijden of voor de
leeftijd van 14 jaar toegelaten, gaat zien.
Er zijn kinderen, die overgevoeliq of uitermate
nerveus zijn. en hun ouders zullen zich tevoren
moeten verqewissen of een benaalde film door deze
kinderen mag worden gezien. De invloed van films
op de jeuqd is overiqens relatief qesproken nog
een weiniq bekend terrein. Beroemde kinder-
osvcholoqen zijn over dit vraaqstuk het herhaalde
lijk zeer oneens met elkaar. Ik kan er hier niet uit-